Nog even terug naar het idee dat er veel weerstand tegen krimp zou zijn. Deze winter deed de PZC een steekproef en toen bleek dat 72 van de ondervraagden vond dat er helemaal geen inwoners bij hoeven te komen. Zou het niet zo kunnen zijn dat de weerstand alleen bij bestuurders en het bedrijfsleven bestaat? Ik heb al eerder geconstateerd dat elke nieuwe inwoner van Zeeland het liefst de deur achter zich dicht wil trekken en Zeeland wil houden zoals hij het bij zijn komst heeft aangetroffen, dus ik ben niet verbaasd over de uitslag van die steekproef. Maar men sen zullen straks minder blij zijn met allerlei neveneffecten van de krimp, bijvoorbeeld dat er misschien te weinig vrijwilligers zullen zijn om bijvoorbeeld 'tafeltje dekje' rond te brengen of verenigingen te besturen. We moeten echt nog een omslag maken tussen zéggen dat krimp niet erg is en het accepteren van de gevolgen in de praktijk. Want het gaat er wel om dat onze samenleving goed blijft functioneren. Ik wil niet somber doen, maar er zijn nu al dorpen waar men moet besluiten om de plaatselijke voetbalvereniging op te heffen omdat er te weinig jongeren zijn. Met dat soort effec ten zullen wij in de naaste toekomst veel meer te maken krijgen. We zullen moeten leren om dingen los te laten en dat is voor veel mensen best moeilijk. Maar ik mag toch hopen dat die brede Zeeuwse discussie niet alleen bestaat uit het praten over problemen. Er zijn toch ook positieve gevolgen, bijvoorbeeld in de sfeer van ruimtelijke ordening? Als Zeeland niet verder groeit, wordt de open ruimte toch ook minder aangetast door nog meer nieuwbouwwijken, bedrijventerreinen en infra structuur? Natuurlijk moet er ook worden verteld dat er andere dingen tegenover staan en dat het alles bij elkaar niet slechter hoeft te worden. Het gaat er juist om, de mensen te prikkelen om met creatieve oplossingen te komen. Geen kramp over de krimp, zoals het ergens in de nota wordt omschreven? Zo is het! Ik vind de periode die we nu ingaan heel uitdagend. Er zijn geen standaard oplossingen, dus er zal veel uitgevonden moeten worden. Als het goed is, zal de kwaliteit van leven, wonen en recreëren in Zeeland ondanks de krimp niet teruglopen maar verder toenemen. Dus toch een positief slot! In elk geval hebben veel van die 'nieuwe ouderen' een aardige cent om uit te geven. Zij eisen echter wel kwaliteit en de vraag is of die in Zeeland voldoende kan worden geboden. Ja, het is een generatie die niet de schroom heeft van de mensen die de oorlog heb ben meegemaakt en niet zo makkelijk hun geld uitgaven. De nieuwe ouderen durven hun geld wél te besteden. Wij als bestuur moeten ervoor zorgen dat er ook wat te besteden valt in Zeeland. Op dat terrein kunnen we nog wel wat leren en een inhaal slag maken. Ik ben heel benieuwd wat de discussie daarover straks aan ideeën zal opleveren. Foto's in dit artikel: Anne Breel.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2008 | | pagina 107