elkaar heen: Hellegatspolder, Braakman Zuid, Braakman Noord. In het oosten gaat
het om de Hedwigepolder, die een eenheid vormt met het noordelijke deel van de
Prosperpolder. Die laatste polder komt voor in het veel langere lijstje van ontpolderin-
gen en ontwikkeling van wetlands, waartoe de Vlaamse overheid heeft besloten (voor
2010 in totaal 1700 hectare langs de Zeeschelde en 160 hectare voor de uitbreiding
van het Zwin).
Op dit moment (juli 2008) echter is er van het idee van ontpolderen niet veel meer
over. De publieke opinie in Zeeland, aangevoerd door - heel opmerkelijk - oud-politici
als Eversdijk en Ventevogel, heeft zich fel tegen ontpolderen gekeerd. De kaart van
'het water als aartsvijand' wordt volop gespeeld en de emoties rond De Ramp van
1953 spelen in de discussie een grote rol. Ten onrechte wordt door tegenstanders ge
suggereerd dat ontpolderen de bescherming tegen overstromingen in gevaar brengt.
"Ze willen de dijken doorsteken," wordt er geroepen, een onheus argument. Door
effectief lobbyen vanuit het Zeeuwse heeft de Tweede Kamer een motie aangenomen
die gedwongen onteigening van landbouwgronden ten behoeve van ontpolderen
moet voorkómen. Opmerkelijk is dat Eversdijk, Ventevogel c.s. zich niet opwinden
over de vele honderden hectaren die jaarlijks aan de landbouw worden onttrokken ten
behoeve van woningbouw, bedrijventerreinen of wegen in Zeeland.
Zeeland - het woord zegt het al - bestaat uit zee én land. Op het land wonen mon-