Omdat ik maar tweehonderd woorden mag gebruiken, begin ik - Zeeuwzuunig - met
een citaat van zesendertig woorden. Een citaat uit "Dorpen in Zeeland" van Ir. P.J. 't
Hooft. Het verklaart waarom ik verslaafd ben aan het licht in Zeeland (en waarom mijn
Zeeuwse vader mij de woorden uit het hoofd liet leren.) "Dat licht, dat soms mateloos
zuiver en transparant straalt door het Zeeuwsche land en dan weer zacht en puur
parelt in de diezige atmosfeer. Altijd anders, maar altijd smetteloos rein als de klaarte
van gebrand glas.
Bij dat licht is het een feest om, elk jaar opnieuw, kritisch te mogen kijken naar de
Films die (in competitie) by the Sea gedraaid worden. Films die - geïnspireerd door
literatuur - altijd op zoek zijn naar diepgaande emoties. Films die óók nog eens span
nend zijn, omdat ze langs de ziel willen schuren, de adem willen benemen, en als 't
kan graag harten verscheuren. Wat het festival van Vlissingen verder absoluut uniek
maakt, is de zee. Vanuit de bioscoop kom je, opgeladen met die felle emoties en don
kere effecten, vanzelf langs het water. Alle gedachten ordenen zich dan in een rustige,
eindeloze deining. Daarom zijn filmfestivals bij de zee altijd het mooist: Venetië, Can
nes, bijvoorbeeld. Maar de Vlisslngse golven zijn het meest fascinerend: veel heftige
emoties, onzekerheden en problemen verdrinken er vanzelf.
Rinus Ferdinandusse, vaste juryvoorzitter Film by the Sea
Het heeft bij mij even geduurd voor ik in de gaten had dat een filmfestival op vier ver
schillende niveaus kan worden beoordeeld. Een bezoek aan zo'n kleine 200 filmfes
tivals (van Cannes tot Haugesund) had dat inzicht niet geleverd, tot ik een paar jaren
geleden een aantal films mocht inleiden bij Film By the Sea. Pas toen merkte ik dat je
een festival kunt waarderen op z'n internationaal, nationaal, regionaal ofpersoon
lijk effect. Internationaal Is het steeds duidelijker; beroemde gasten en nog bekend te
worden films komen ergraag, nationaal komt er steeds meer belangstelling, regionaal
staat het als een huis (of tent), maar persoonlijk blijkt het festival twee mij nauw aan
het hart liggende kunsten te verenigen. Opeens is het kiezen voor het een of het an
der niet meer aan de orde; ze zijn verweven. Boek en film hebben opeens sterk met
elkaar te maken; de één lijkt bedoeld om het opgeroepen beeld te delen, de ander om
op nieuwe wijze te worden verstaan. Dat is een uniek gegeven aan een filmfestival. In
ternationaal, nationaal of regionaal is het effect wel duidelijk; al die richtingen waarin
FbtS zich duidelijk ontwikkelt, zijn duidelijk; voor mij persoonlijk betekent het slechts
één mogelijkheid; een festival dat z'n titel recht doet, ik verdrink.
Harry Peters, filmjournalist, -distributeur en -programmeur