ze konden niet praten, maar via muziek probeerde ik om op een basale manier met hen te communiceren. Vervolgens heb ik pogingen gedaan om in de serieuze muziek verder te komen. In die tijd heb ik 'Rivus II' voor piano geschreven, een pittig stuk om te spelen. Maar eigenlijk hervond ik mijn eigen wortels pas toen ik werd gevraagd muziek te maken voor een theatervoorstelling voor de Middelburgse Schouwburg. Ik vond het leuk te ontdekken dat op die manier ook muziek gemaakt kon worden, zon der de zwaarte die het beroep 'componist' vaak omgeeft. Altijd maar noest op zoek zijn naar vernieuwing... je kunt ook gewoon leuke liedjesschrijven. De opvatting van Beethoven, dat muziek geschreven moet worden 'voor de eeuwig heid', en dat we altijd moeten reiken naar het onbekende, naar het land achter de horizon, die opvatting deel ik niet. In plaats van het zoeken naar geluk achter de hori zon is er ook een stroming waarvan Ton de Leeuw een exponent is. Hij zegt: geluk en muziek, het is allemaal om ons heen. We hoeven het alleen maar te ont-hullen. Het is wel heel betrekkelijk want in arm Afrika kan men niets met deze opvatting, maar voor mijzelf heb ik er veel aan. Componisten die hun meest innerlijke zelf op papier willen zetten, spreken mij niet aan. In die zin ben ik erg down-to-earth. Mijn eigen stijl? Ik behoor tot een generatie componisten die muziek schrijft met een tooncentrum en een herkenbare ritmiek, en die toch nieuw is. Ja, zo kun je mijn stijl wel omschrijven. Componisten die ik bewonder, zijn mensen als Terry Riley, Philip Glass, Steve Reich, John Adams en de Belgische Wim Mertens. Deze generatie componisten geneert zich niet om bijvoorbeeld filmmuziek te schrijven. Er zit een stukje van Wim Mertens onder een televisiecommercial van een bank. De nieuwe generatie zoekt de communicatie met het publiek weer op via muziek die gelijkertijd nieuw is en communiceert. Een krant schreef naar aanleiding van het verschijnen van mijn CD 'Rose Road City Lines' dat ik aangename klanken schrijf die toch onmiskenbaar '2006' zijn. En dat is de an-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2008 | | pagina 266