MEISJES MET AMBITIE
Werkloosheid onder de Zeeoios-Vlamingeo
Zeker is dat het vertrek overschot er niet voor kon zorgen dat er af en toe enorme
werkeloosheid ontstond in Oost-Zeeuws-Vlaanderen onder de landarbeiders, mannen
èn vrouwen. Met name de jaren dertig van de vorige eeuw zijn in dat opzicht berucht.
De werkeloosheid leverde toen langdurige discussies op in de verschillende gemeen
teraden. Wat kon de lokale overheid doen? Steunregelingen ontwerpen en er bij de
ondernemers op aandringen uitsluitend lokale arbeidskrachten in te huren. Maar bij
de ondernemers in de textielindustrie had dat laatste weinig effect. Zij waren voor het
merendeel zelf afkomstig uit het Land van Waas. Nadat de rijksoverheid in 1932 con-
tingenteringsmaatregelen had afgekondigd hadden zij zich namelijk massaal in Oost-
Zeeuw-Vlaanderen gevestigd. De maatregelen waren bedoeld om met behulp van een
heffing op de import van textielgoederen de eigen industrie te beschermen. Maar er
ontstond geen eigen industrie. Daarvoor was in de streek zelf niet voldoende kapitaal
aanwezig. Vandaar dat het initiatief in meerderheid bij de Vlamingen lag. Op zich
was dat geen probleem; probleem was wel dat ze voornamelijk gebruik maakten van
CONFECTIE-ATELIER BOSCHKAPELL^T
Tu het confectie-atelier te Boschkapelle enkele
weken draait, geraakt de eerste groep meisjes
ingewerkt.
Er zijn nog verschillende plaatsen en voor
ligt hier een mooie kans.
Gegadigden kunnen zich aanmelden aan het
parochiehuis te Boschkapelle alle dagen van 8-12
en van 15 uur. 504-0
arbeidskrachten uit het Land van Waas die dagelijks op-en-neer pendelden. In Oost-
Zeeuws-Vlaanderen stonden in 1950 zevenentwintig textielbedrijven waar vooral ge
breide bovenkleding, kousen en sokken werden vervaardigd. Verder bestonden er een
aantal tapijtweverijen en een paar fabrieken waarin ruwe wol werd verwerkt. Tien jaar
later was de textielnijverheid nog altijd de belangrijkste werkgever in de industriële
sector. Opvallend was het percentage vrouwen dat in deze nijverheid werkzaam was.
Gemeten over heel Zeeland was bijna tien procent van de vrouwen in de industrie
werkzaam, terwijl voor de gemeente Hulst dat cijfer op twintig procent uitkwam!
Overigens was het grootste deel van deze vrouwen jong en ongehuwd. In zoverre vol
komen in overeenstemming met de hierboven genoemde bijzondere arbeidsmoraal.