Met name Vlaanderen laat steeds duidelijker blijken liever alleen verder te gaan. Mis schien geeft het ook de gekunsteldheid van de Belgische staat aan. Waar de laatste decennia de regio (provincie) tussen wal en schip viel, tussen gemeente en nationale staat, zien we in een zich ontwikkelend Europa dat de natiestaat klem komt te zitten tussen de regio en Europa. Ook in de Middeleeuwen waren de regio's dominant en was de natiestaat slechts een formaliteit. Hoofdsteden, koningen en keizers konden een heel rijk nooit echt besturen. Het primaat lag bij de regio's. Waarom dus niet in onze gebieden, de Lage Landen? Is het verontrustend wat er gebeurt in België? Neen, het is volstrekt logisch. En mis schien moeten we ons als Nederland, als Zuid-Nederland, als Zeeland er alvast op voorbereiden. Ook Nederlandse regio's en provincies hebben slechts enkele gemeen schappelijke delers, die al snel ophouden bij het koningshuis en het voetballende Oranje. Verder voelen veel mensen zich primair Fries, Limburger, Brabander of Zeeuw en daarna pas Nederlander. In de grensprovincies speelt een dynamiek die zich weinig van landsgrenzen aantrekt. Voor Groningers en Tukkers ligt Duitsland veel dichter bij dan Den Haag. En we zien het gebeuren: Groningen richt zich steeds meer op de Noordduitse regio en zelfs op de Baltische landen. In Zuid-Nederland is het niet anders. Limburg opereert prima in de drielandenregio en kan daar ook met zijn taal

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2008 | | pagina 81