Productie
uiteindelijk ook langs deze weg vestigen. Op halteplaatsen waar het verkeer af en
toe kan stilstaan, ontstaat dienstverlenende economische activiteit. In feite zijn deze
ontsluitingspunten niets anders dan miniknooppuntjes. Hier vermengt een dienst zich
met een verkeersstroom, bijvoorbeeld in de vorm van opslag, onderhoud of repara
tie.
In onze huidige tijd maken deze corridors niet alleen meer deel uit van regionale
transportwegen, maar bestaan zij ook op Europees en mondiaal niveau. Zo is de as
Rotterdam - Breda - Antwerpen het best te typeren als een regionale verkeerscorridor.
De Westerschelde is een mondiale scheepvaartcorridor.
Hoe op de knooppunten van verkeersstromen bijna als vanzelf grote economische
kernen ontstaan, wordt geïllustreerd op afbeelding 1De provincie Zeeland bevindt in
de buurt van de grote knooppunten Randstad en Antwerpen.
Afbeelding 1. Sterke economische kernen op knooppunten
In elk wegenstelsel is ergens een beginpunt, waar productie plaats vindt en
een product voor het eerst op de weg gebracht wordt. In de oudste tijden waren het
vooral agrarische producten, alsmede visserij- en mijnbouwproducten die hun weg
naar een klant zochten. Basisproductie levert echter een relatief lage toegevoegde
waarde op. Bij productiecentra ontstonden van oudsher dan ook kleinere economi
sche leefgemeenschappen in de vorm van dorpen en kleinere steden. Naarmate de
toegevoegde waarde van het productieproces hoger is, zijn de leefgemeenschappen
dus groter. Ook dit principe werkt in de huidige tijd nog steeds. Het is veelzeggend dat
onze huidige grootste agglomeraties zijn ontstaan op moderne knooppunten zoals
luchthavens, en de kleinere woonclusters als vanouds in typische productiegebieden.
