ZEEUWS TIJDSCHRIFT No. 2 120 110 100 90 80 70 60 50 40 30 hieruit weer lagere geboortecijfers zullen re sulteren. De practische gevolgen van deze ver schijnselen zijn van groot belang. Ik noem b.v. de betekenis hiervan voor de arbeidsmarkt. Geen wonder, dat Zeeland de laagste werk loosheidscijfers van ons land heeft. Mannelijke werklozen in van de mannelijke bevolking op 31 Juli 1930. Nederland 1,1 Drente 3,4 Zeeland 0,4 Dit verschijnsel ware gunstig te noemen, wanneer de uitbreiding van de welvaarts bronnen in Zeeland er de oorzaak van was. Zoals wij zagen is het echter terug te voeren op een onevenredig grote bevolkingsdrainering die in sociaal opzicht desintegrerend werkt. Bovendien dreigt de ontwikkeling van enkele bij uitstek gunstig gelegen gebieden te worden 120 I I O 100 90 80 70 60 50 40 30 gestagneerd. Zo kan de industrie te Vlissingen, Terneuzen, Sluiskil, Sas van Gent, Hulst, St. Jansteen en Clinge zich niet uitbreiden in een omvang, die economisch wenselijk is. Het tekort aan gespecificeerde arbeiders is er vrij groot. De industrie is er vaak nog niet opti maal bezet, zodat economische krachten worden verspeeld. Men ziet dan ook in het grensgebied Zeeuwsch-Vlaanderen honderden Belgische arbeidskrachten werken om dit tekort op te vullen. Op deze manier wordt jaarlijks voor 6.000.000,loon in Belgische francs uitbetaald, d.w.z. in een sterke valuta, waarvan Nederland dus een tekort heeft. Zo naderen wij tenslotte het woningvraag stuk. De kleine woningtoewijzing voor 1951 aan Zeeland is ongetwijfeld toe te schrijven aan de geringe natuurlijke bevolkingsaanwas. Aan de andere kant is voor de bovengenoemde en enkele andere ontwikkelingsgebieden (b.v. Walsoorden, Goes, Kruiningen), waar toe nemende belangstelling voor bestaat, alsmede 36

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1950 | | pagina 10