ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 2
Elisabeth is de voornaam van de echtgenote
van de huidige bewoner.
Hiermee zijn we met de boerderijen in de
polder Oud-Vossemeer uitgeput en komen we
aan die in de polder Kerke, waarin ook het
dorp zelf gebouwd is.
De Gantelhoeve(P. W. C. van Westen)
komt voor in de rekeningen van de baljuw
over het rekeningsjaar 1557/58. Daaruit blijkt
dat ontvangen was: „van Pieter Jans op de
Gantel, die gecompereert heeft van coren ver-
cocht te hebben contrarie de placaten der E.M.
tot profijte van de Heeren van Vossemeer de
Som van 20,Het jaar 1556 was ge
kenmerkte door grote duurte en het was ver
boden brood of koren uit te voeren. De boer
van de Gantelhoeve was dus tegen de lamp
gelopen en beboet. De Gantel zou een kreek
geweest zijn en de hoek grond daarbij heet
eveneens de Gantel. Men leest echter ook wel
Ganckelhoeve.
Een hoeve die niet meer bestaat, doch welke
vroeger reeds een naam droeg, was de boer
derij „De Blauwe Poort". Ze heeft gestaan
aan de Noordzijde van de Achterweg, dicht bij
de hoek van de Dorpsweg en wordt in 1586
beschreven, staande in de z.g. Welhoek. In
1632 wordt ze voor 't eerst genoemd als de
Blauwe Poort. In 1705 bestond ze nog als be
drijf, daar de landerijen dan nog genoemd
worden.
Secretaris Hubertus van de Luijster kocht
in 1711 van de Weezen Armen te Oud-Vosse
meer een grote bunder gronds en deed daarop
een woning bouwen met hof en plantage; d.i.
het z.g. „Hof". Dit „Hof" kwam in 1737 aan
Samuel Cras, baljuw en dijkgraaf, die het be
woonde en die er uitbreiding aan gaf door aan
koop van 1 Gem. 185 R land in de welhoek
no. 1 en 7 Gem. 37 R in no. 2 met al hetgeen
aard- en nagelvast is, zijnde dit het restant van
de Blauwe Poort.
Deze buitenplaats verdween later, i860.
Het koetshuis werd omgebouwd tot woning
van een klein-landbouwer (B. Tholenaar); dit
klein bedrijf aan de Achterweg (bij Jac. J.
Douw), noemt men nog steeds „Het Hof".
Een andere oude boerderij in deze polder is
„de Mare" (A. C. P. Timmermans). Op 25
Maart 1586 zijn „Huis, schuur en buur op
pachtland in de Mare verkocht in de koopdag
Jacomijntje Jans om 100,aan Jacob
Vroegop, de andere helft behoorde hem."
In 't Ambachtsheerenarchief berust een
bundel rekeningen van de Heylchegheest-
meesters (Algemeen Armbestuur!), welke lopen
van 1556/67 t/m 1612/13. Onder die Heilige-
geestgoederen worden reeds in 1566/67 de
Mare-gronden aangetroffen. De naam Mare,
evenals de Gantel als Kreek genoemd door
Hollestelle, is niet moeilijk af te leiden van
het Maerloo, een ondiepte in meerdere oude
bedijkingsstukken enz. ten Noorden van het
Vosmeerse genoemd. Het huis van de huidige
boerderij dateert van 1737 en is één van de
oudste boerenhuizen uit Tholen.
De derde van de drie Grote Polders Hikke
telt een viertal grotere bedrijven. De hofstede
Welgelegen(M. de Jonge) werd vroeger en
wordt thans nog wel genoemd ,,'t Speelhuis"
In 1696 werd die naam reeds aangetroffen.
Hoewel gevonden omschrijvingen van 1569 af
duiden op een boerderij, is de hoeve misschien
toch wel door de van Vrijberghe's, die eigenaar
werden in 1647, als buitenverblijf of speelhuis
gebruikt.
We lezen daaromtrent in 1686 dat een
pachter Cornelis Lambrechts Morre: „in de
jare 1682 gewoond hebbende op de hoeve van
de heer Wilhelm van Vrijberghe in de Hikke,
verklaart ten verzoeke van de heer van Vrij
berghe sedert het jaar 1681 geen wijn te
hebben gehaald bij de heer Thomas Poulien te
Tholen."
De landerijen van de hoeve Onverwacht
(Wed. Hanse) zijn te vinden in de rekening
van de ambachtsheerl. van 1749/50. De
schuur met rieten dak dateert van 1799, in
welk jaar het bedrijf ook nieuw gesticht is
door Leendert Lameer en de naam tot stand
gekomen schijnt te zijn.
Het thans kleine en wat vervallen bedrijf
38