Terneuzen's bekendste predikant Petrus Hondius No. 2 ZEEUWS TIJDSCHRIFT Na het middagmaal ging het naar de „Molenberg" waar een spiegelgevecht ge houden werd. We deden een greep uit „Zeeuwsch-Vlaamse folkloristische Zanten", die we in de loop der jaren verzamelden. We zochten niet naar diepzinnige verklaringen en lasten ze niet in in allerlei wetenschappelijke theorieën. Dat lag niet in onze bedoeling. Het was er ons om te doen, herinneringen wakker te maken aan de hand van deze restanten aan oude volkscul tuur, die nog zoveel vermoeden laten. En soms kan het toeven bij dit verrafelde herfstkleed van het verleden, weemoedig maken, als men denkt aan de waanzinnige perfectie van de techniek en de sombere luchten, waaronder wij gespannen voortleven. Drs LOUIS LOCKEFEER 1578-1621 Niemand van de kerkgangers, die in de zomer van 1604 de intree-dienst bijwoonden van de proponent Petrus Hondius (Pieter de Hond) in de Nederduitsch Hervormde Ge meente van Terneuzen, zal bevroed hebben, dat deze ruim 3 eeuwen na zijn dood nog steeds de bekendste dominee zou zijn uit de rij van ongeveer 30 predikanten, die de Her vormde Kerk van dat Schelde-stadje tot nu toe heeft geteld. Petrus Hondius was Vlissinger van geboorte, maar Vlaming van afkomst. Zijn vader en moeder kwamen beiden uit West-Vlaanderen (eerstgenoemde uit Beveren aan de Leie, laatst genoemde uit Veurne), maar weken om den gelove uit, eerst naar Wattenheim in de Palts, dan naar Vlissingen. Vader Hondius is predikant in Vlissingen geweest, evenals later zijn zoon Jacobus (Petrus' broer dus), die niet van gaven ont bloot was en theologische werken schreef. De toekomstige Terneuzense dominee be zocht de Latijnse school te Vlissingen en werd 16 October 1596 als student ingeschreven te Leiden. Hij bleek een veelzijdige aanleg te hebben, want hij studeerde niet alleen theo logie, maar ook geschiedenis en botanie; vooral in deze laatste tak van wetenschap heeft hij het ver gebracht. Naar de gewoonte van die dagen deed hij een buitenlandse reis tijdens zijn studenten-tijd en wel naar Frankrijk, naar La Rochelle, des tijds een centrum van Hugenoten. 15 November 1603 werd hij opnieuw aan de Leidse Universiteit ingeschreven en kort daarop heeft hij zijn universitaire studies vol tooid, want de sinds Mei 1603 vacante ge meente van Terneuzen koos in 1604 uit 4 studenten Hondius als predikant; in Juli werd hij tot de dienst toegelaten en waarschijnlijk niet lang daarna deed hij zijn intree. Terneuzen was in 1604 nog maar een on beduidend plaatsje, gelegen aan de vaart, die van Axel komende, bij Terneuzen in de Schelde uitmondde. In de volksmond heet het nietige overblijfsel hiervan onder Terneuzen nog steeds de „Oude Vaart". Met zekerheid blijkt uit de acta der Classes van Vlaanderen, dat in 1578 of '79 de Her vormde gemeente een predikant had, die in 1580 echter vertrok. In 1579 had deze nog een kerkgebouw(tje) in gebruik genomen. Tot 1384 bleef de gemeente vacant, al mogen we aannemen, dat de predikant (Lieven Coene) van het toen nog niet verdwenen Vreemdijke (enkele kilometers ten N.W. van Hoek gelegen) hulpdiensten heeft verricht. Door het verraad in 1583 van de baljuw van het Land van Waes, kwamen de om streken van Hulst en Axel onder gezag van 49

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1950 | | pagina 23