ZEEUWS TIJDSCHRIFT No. 4 „schorreblommen" en het hele gebied is één purperen vlakte, soms fel, meestal door de wat nevelige zeelucht als fijne pastel. Honder den genieten dan van dit stukje land, honderden plukken bossen schorreblommen, handelaars halen wagenvrachten weg om de bloemen in Knokke en Brugge uit te leuren, maar tot op heden is de kleurpracht nog niet verminderd. Alleen om deze bloemenpracht is het gebied waard natuurreservaat te zijn. In de toekomst zal enig toezicht nuttig zijn, opdat er niet een te grote ravage onder de lamsoren wordt aangericht. Tussen zeekraal en lamsoren verschijnen spoedig andere planten, die alle meehelpen het gebied zijn typisch voorkomen te geven. Het kan niet in de bedoeling liggen om in een artikel als dit een lijst van alle in het Zwin voorkomende planten op te nemen, maar voor de belangstellende Zwinbezoeker mogen er toch enkele genoemd worden. Het kweldergras (Puccinella maritima) vormt vaak polletjes tussen zeekraal en lamsoren. Op zandige plaatsen komt het biestarwegras Triticum junceum), maar dat vinden we straks op het strand in veel groter hoeveelheid. Op wat hogere plaatsen komen de grote struikachtige planten van de obione Obione portulacoïdes), soms wel een meter hoog. Het is geen plant om in een vaasje te zetten, maar in het land schap vormen de bruine stengels en de zilver achtige blaadjes een fraai geheel. Op enkele plaatsen vinden we ook de veel lagere ge- steelde obione (Obione pedunculata), dadelijk te herkennen aan de typisch gevormde vruchtjes aan dunne steeltjes. Nieuw voor het Zwin is de vorig jaar gevonden gele hoorn papaver (Glaucium flavum); het ziet er naar uit, dat deze plant zich van het Zuiden uit verbreidt. Het is een opvallende gele klaproos en het is wel zeer de vraag, of deze mooie bloem aan de blikken van bloemenpluksters zal ontsnappen. Begeven we ons van de Zwinvlakte naar de duinvoet, dan vinden we daar ook weer typische zoutplanten: loogkruid (Salsola Kali); standmelde (Atriplex littoralis); zeealsem (Artemisia maritima), een sterk geurende plant, als hij wat gekneusd wordt; schorrenkruid (Suaeda maritima). Ook aan de zeezijde van de duinen vinden we verschillende van deze zoutminnende planten. Soms heel ver van de duinvoet, als een roekeloos kind, een enkel polletje van de zeepostelein (Honkeya pe- ploidesmet zijn in vier rijen, dicht opeen- staande dikke, zittende blaadjes. Ook soms ver zeewaarts vinden we de mooi lichtlila bloeiende zeeraket (Cakile maritima). De eigenlijke duinvegetatie rondom het Zwin heeft zeer geleden door het gewroet van 86

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1951 | | pagina 16