ZEEUWS TIJDSCHRIFT voor hen te kraaien. Zij zijn in de morgen uren op haar mooist. De Boksbaard of Gele Morgenster bloeit zeer vroeg in de morgen en met de middag zijn de bloemen al weer ge sloten. De Engelsen noemen hem enigszins spottend „Jack-go-to-bed-at-noon", doch zij vergeten erbij te zeggen, dat hij dan ook wel bijzonder vroeg op staat. Bij ons groeien drie soorten, de gewone gele, de kleine gele en de Blauwe Morgenster Tragopogon porrifolius L.), die zeer zeldzaam is. We hebben hier al direct te doen met een heel interessante plant, waarvan elk zaad met een omgekeerde para chute op lange steel is uitgerust. Bij mooi zonnig weer spreidt deze zich breed uit, de bloemsteel prijkt met een mooie pluizige bol Parnassia Parnassia palustris LZeeuwsch Vlaanderen. Een der mooiste bloemen. Op de foto tevens te zien zaaddozen van Moeraswespenorchis, blad van Water navel en Zilverschoon. No. i en de zaden gaan zweven op de wind. Op een stil plekje dalen zij neer en als de lucht daar wat vochtiger is strekken de „baleinen" zich omhoog (juist een omgewaaide paraplu) en het zaad zakt tussen gras of ruigte en vindt zo zijn weg naar de aarde. Van de Grote Waterweegbree bestaat een ondersoort, die zijn bloemen ook slechts voor de middag open heeft, terwijl de hoofdsoort juist een lang slaper is en eerst na de middag bloeit. Een gemakkelijk kenmerk om die twee uit elkaar te houden. Doch niet alleen vroeg in de morgen, ook vroeg in het jaar is er al veel te zien; de bomen zijn dan nog kaal en we kunnen het takkenstelsel bekijken en zien hoe dit onder invloed van de zeewind zich dikwijls in allerlei krampachtige bochten wringt, doch steeds zijn jongste twijgen opwaarts naar het licht wendt. Veel tweejarige planten en z.g. winterannuellen zijn zonder bloemen als wortelrczet aanwezig, zoals Madeliefjes, Rei gers- en Ooievaarsbek, Toorts, Kruiskruiden, Paardebloem en Slangenkruid. Doordat zij uitgespreid op de grond liggen ontvangen zij veel licht, uitdrogende en bevriezende winden strijken er overheen zonder veel schade te doen. In het binnenduinbos, practisch het enige, dat we in Zeeland hebben, zijn veel kruidachtige planten, die in de grond met bol, knol of wortelstok overwinteren en hun kans moeten waarnemen voor de bomen in blad zijn. Op een vroege voorjaarsdag kunnen we daar tussen de Primula's, waaraan speciaal het bos op Walcheren zo rijk is, Sneeuw klokjes, Bosanemonen, Speenkruid, Helm- bloem, Sterhyacinth, Knikkende Vogelmelk, Wilde Hyacinth, Blauwe Druifjes en Haar lems Klokkenspel bewonderen. Al deze meest lage plantjes hebben stuk voor stuk mooie bloemen en het is telkenjare een grote vreugde om in de prille lente deze voorjaarsboden te gaan bekijken. Eén vergat ik er nog, doch deze is van zodanige adel, dat hij apart aangediend mag worden. De Bostulp Tulipa silvestris L.) die voor de inundatie op vele plaatsen op 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1951 | | pagina 18