No. 2 ZEEUWS TIJDSCHRIFT En daarmee nemen wij afscheid van de Zuid-Nederlandse kunst. De latere klok ken zijn alle van Noordelijke herkomst. Nu komen ook Zeeuwse gieters aan bod en wel in de eerste plaats de familie Burgerhuys. Tolen bezit een carillon, dat oorspronke lijk in de kerktoren hing, maar later is over gebracht naar het stadhuis. Van de 19 klokken zijn 16 gegoten door Michiel Burgerhuys te Middelburg (een in 1624, een in 1625, een in 1626 en 13 in 1627). De luidklok van 1458 is hierboven reeds genoemd. Twee klokjes zijn van Johannes la Fort in 1780, eveneens te Middelburg. Alleen de opschriften van de beide grootste klokken (resp. 959 en 646 kg) hebben enige historische betekenis. Ze luiden: Michael Burgerhuys me fecit anno domini 1627 mense Mayo, soli Deo gloria, consulibus Mro Marino van Vribergen et Huberto Huy- ghens, praetore Marino Corvincxssen (M. B. heeft mij gemaakt in de maand Mei van het jaar des Heren 1627, toen Mr Marinus van Vribergen en Huibert Huyghens burgemeesters waren en Marinus Corvincxssen schout) en hetzelfde begin, gevolgd door: consule Mr° Marino van Vribergen, syndico Mro Cornelio Huyghens civitatis Tholanae ad Zeelandiae ordines deputatis (toen burgemeester Mr. M. v. V. en pensionaris Mr Cornelis Huyghens afgevaardigden van de stad Tolen waren naar de Staten van Zeeland). Beide klokken dragen het wapen van Tolen en ter afschei ding van de zinsdelen arendskoppen. De oren van de grootste zijn versierd met manskoppen. Schouwen-Duiveland bezat 4 klokken van Michiel Burgerhuys. De oudste in de Zuid havenpoort van Zieriksee: Michael Burger huys me fecit anno dni 1622, soli Deo gloria, Burghemeesters Cornelis Mogge, Adriaen de Huybert, Tresoryeren Mr Christiaen de Vaegher, Adrianus Hofferus, Pieter Pous, Jan Leennartse Moghe, clerck Adriaen Jan Ockerse. De volgende in een torentje van de Kleine kerk aldaar (1635). Dan was er nog een op het stadhuis van Brouwershaven (1641) en een zware van 800 kg in de toren van Nieuwerkerk: Michael Burgerhuys me fecit anno domini 1645 soli Deo gloria, Mr Pieter de Witte Hr burgemr der stede Zzee, Adriaen de Huybert, gemeente burgemr, Nicolaes van Heyst ende Matheus Rollant als gecomiteerde der vierbannen van Duyvelant, de Hr Adriaen Rollant baliu opper ende onder dyckgraef der vsse vierbannen, de Hr Pieter vanden Velde secretarius ende dyekgraeve klerck van de voornoemde vierbannen. Waarbij dient te worden aangetekend, dat de Vierbannen- polder, waartoe Nieuwerkerk behoort, sinds 1566 eigendom was van de stad Zieriksee. De heer-burgemeester was voorzitter van het college van schepenen, de gemeente-burge meester bemoeide zich vooral met het dijk wezen. Ook in de toren van Dreischor heeft een Burgerhuysklok gehangen, die echter door de brand van 1867 verloren ging. Er voor in de plaats kwam toen de klok uit de afgebroken Vlissingse poort te Middelburg. De namen hebben dus op die stad betrekking: Johannis Burgerhuys me fecit anno domini 1644 soh Deo gloria. De Heeren burgemeesters M. Jacob Scotte, Guilelmo Quirynssen. De Heeren Tresauriers Cornelis Heyndricx, Pieter Joossen Duvelaer, Isaac Imans, Pieter van Essen. De oren vertonen dezelfde eigenaardige versiering als die van de grote carillonklok te Tolen. Een tweede klok van dezelfde gieter 'be vond zich in de toren van de N.H. kerk te St. Philipsland: Johannes Burgerhuys m.f. 1668 soli Deo Gloria. Dese clock is gegoten door ordre van Huybrecht Lambrechts schout van Philiplant ende Doms Vincent Bolle door last vande regerende kerekmeesters ende is door haar betaelt{\). Hier dient het object dus tevens als kwitantie. Van minder betekenis zijn de klokken van Serooskerke (Joannes Meurs 1612), Oud Vosmeer (gemeentehuis: Jan de Clerck 1652) en Noordgouwe (Pieter Vermaten, Amster dam, 1701). Belangrijker was de tweede toren klok van Bruinisse van M. van Weyde (1693) 39

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1952 | | pagina 17