ZEEUWS TIJDSCHRIFT No. 2 Tafereel bij het „schooven" op, om en in de „veerewaege". tieke en fleurige klederdracht luister en gratie aan geeft. Op de derde Pinksterdag wordt dit feest ge houden. Dan wordt er op het land niet ge werkt, dan sluiten overheidskantoren, banken enz., want Walcheren heeft Pinkster drie als eigen feestdag: Het is de dag van het rienk- rieén. De vereniging voor vreemdelingenverkeer heeft sinds tal van jaren de ringrijders der ver schillende dorpen tezamen gebracht op Don derdag van de Middelburgse kermis. Dan komen allen in de baan op het Molenwater en straks wellicht weer in de Oude Abdij en vindt de grote strijd plaats om de zilveren wisselbeker uitgeloofd door H.M. de Ko ningin Vroeger kende men gouden knoppen als prijs toe. Prins Willem V schonk op i Juli 1786 aan ringrijders te Domburg 2 gouden horloges. Koning Willem I was op 14 Juni 1S23 en op 1 Juli 1837 bij het ringsteken te Vrouwen polder tegenwoordig. Evenzo woonden Koning Willem II en Koning Willem III te West- kapelle het feest bij en reikten aan winnaars persoonlijk gouden horloges uit. De belang stelling van het Oranjehuis in het ringsteken op Walcheren is opmerkelijk. Over de oorsprong schrijft een Zeeuws kroniekje als volgt: „Schoon deeze spelen, evenals de hard draverij in Holland en Vriesland, hier in deeze Provincie gemeen zijn, zoo is deeze Oeffening nochtans van een aanzienlijken Oirspronk. Behalve het alouden Tournooijen en de Spiegel Gevechten van later tijden, die men Caroussels noemd, zijn ons door den KrijgsZuchtigen en Strijdbaaren Adel der Mid deleeuwen, altoos gezet op manhafte oeffe- ningen en vooral op zulken, die aan een goed Ruiter passen, vijf of zesderlij soord van wed- loopen of Renspeelen te Paard, overgelaaten: Waarvan er een, vooral wegen deszelfs minder gevaarlijkheid in de uitoeffening, bij zonder tot vermaak der aanzienlijkste juffer schap werd ingericht. Deeze lieten gewoonlijk tot een eere Prijs een hunner ringen ophangen, welke de Ridders te Paard in een edele en gants onberispelijke houding gezeten, moesten afsteken, en in volle ren aan hunne lans rijgen, van welk gebruik deeze Renspeelen den naam van Ringrijden dragen. Naderhand reed men den Ring om andere Prijzen, aan brede zijden linten hangende, welke door de jufferschap te winnen gegeeven wierden; of waarover zij ten minsten als Rech ters zaaten, en de uitdeelsters daarvan waaren. De Ridder, die het eerste 3 maal den Ring heeft afgestoken en met wien alle de Mede dingers onder het geschal van Pauk en Trom petten in staatsie te Paard het Renpark rond rijden, werd vervolgens vergezeld van die- zelve Ridderschap, alle afgesteegen zijnde, met order en plechtigheid in den kring der Juffren

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1952 | | pagina 8