De schyndeugd op het tweede schavot of
een 18°-eeuwse oplichter.
No. i
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
al te zeer worden ondermijnd, dan zullen de
konijnen beter kort gehouden moeten worden.
De geïnundeerde Zwarte Polder is historisch
bezien natuurlijk niet zo belangrijk ais het
Zwin en haar geschiedenis is niet zo bewogen.
Het Zwin is echter gedoemd om te verdwijnen
en het wordt nu reeds kunstmatig in stand ge
houden. De toestand van de Zwarte Polder is
nu ongeveer 150 jaar onveranderd. Dit komt
vermoedelijk voor een deel omdat een diepe
geul voor de uitwatering van de achterliggende
polders de verzanding van de kreken tegen
houdt. Deze plek moge dan als een doorn in
het vlees in de kustverdediging indringen, het
gevaar voor verdere overstroming is naar mijn
mening gering en gemakkelijk onder controle
te houden. Het ware te wensen, dat het terrein
geïnundeerd kon worden gelaten. Wellicht
kan het in de toekomst de taak van het Zwin
als recreatiegebied overnemen. Het heeft reeds
de aandacht van bekende botanici als Dr. V.
Westhof en Dr. Mörzer Bruijns. Laatstge
noemde heeft als lid van de Internationale
Zwincommissie er meer dan gewone belang
stelling voor. Wellicht dat ook de Stichting
„Het Zeeuwse Landschap" zijn blik eens der
waarts wil richten. Als het dan bovendien zou
kunnen worden geplaatst op de lijst van het
Nationale Plan, dan kunnen er practisch geen
onverhoedse dingen gebeuren.
Dan zullen wellicht tot in lengte van dagen
de konijnen er huppelen, de grauwe klauwie
ren er hun buit aan de duindoorns spietsen,
de lamsoren bloeien, de ebbe en vloed uit- en
ingaan en
„de zee, de zee klotst voort in
eindeloze deining,.
St. Laurens, Slachtmaand 1952.
Door Dr W. H. Staverman.
E 180 eeuw heeft een groot
aantal oplichters of avon
turiers gekend, waarvan het
beroemdste geworden zijn
Cagliostro en Casanova.
Deze genoten Europese ver
maardheid en zijn bekend
gebleven tot vandaag. Maar naast deze groten
in de bedriegerij waren er ook de kleinere
baasjes, wier werkterrein beperkter was en die
vergeten zijn. Tot deze behoort Johan Cato
Kamerling (of hoe hij heten mag), die in Brou
wershaven zijn droefeindend blijspel speelde.
Uitvoerig worden we over hem ingelicht
in een ook nu nog goed leesbaar boekje, met
de volgende uitvoerige titel: „DE SCHYN
DEUGD op het TWEEDE SCHAVOT of
Waaragtig Verhaal, Hoe zeeker Geschavot-
teerden Deugniet en Rasphuis-Boef, zich uit
gevende onder de verdichte Naam van
JOHAN CATO KAMERLING Voor een
Docter in de Geneeskunde, Door veele schelm-
sche Bedriegeryen het zo verre gebragt heeft,
dat hij met eene jonge Juffrouw van Rang en
Middelen, zynde een Burgemeesters-Dochter,
plegtig in het Huwelyk is getreeden, doch
deeze zyn laatste Rol uitgespeeld zynde, door
de justitie der Stad Brouwershaven, ter
plaatze daar men gewoon is Executie te doen,
zeer strengelyk met Roeden gegeezeld en met
het dubbel Zwaard gebrandmerkt op den 15
November 1765. Alles met Meedebewilliging
van de Magistraat uit de Echte stukken en
Documenten van den Gerichtshandel be
vestigt en ter getrouwe waarschouwing voor
alle brave Juffers, gegoede jonge Dogters en
Kinderlievende Ouders door den Druk ge
meen gemaakt. Te Zierikzee Gedrukt by
17