De ontwrichting van het economisch leven in Zeeland No. 3/4 ZEEUWS TIJDSCHRIFT door Drs M. C. Verburg ET begrip provincie, wekt in de eerste plaats historische en staatsrechtelijke associ aties. Elke provincie in ons land heeft een lange geschie denis achter de rug; zij reikt ver terug, tot in een tijd waarin het verkeer slechts gebrekkig was georganiseerd en het eigen karakter gemak kelijker dan nu te handhaven was. Geen wonder dus, dat er vaak van weerstand tegen het centraal gezag sprake was, dat elke geo grafische eenheid haar eigen stempel kreeg, verdiepte en bewaarde. De huidige provinciale indeling van ons land heeft dan ook oude wortels; zij is meer dan een staatsrechtelijke toevalligheid. Voor Zeeland, één der pijlers van de Repu bliek der Zeven Provinciën, geldt dit in sterke mate. Economisch vormde ons gewest een zekere eenheid sedert het was ingeschakeld in het handelsverkeer van West-Europa. De vele beroemde steden en stadjes beconcurreerden of complementeerden elkaar. Op de grens van Holland en Vlaanderen ontstond aldus een eigen gewest. Aan het eind van de 18e eeuw echter werd het grote commerciële verleden van Zeeland definitief afgesloten. De nieuwe organisatie van de internationale handel die de 19e eeuw bracht, ging Nederland aanvankelijk grotendeels voorbij. Zeeland werd zelfs van commercieel-agrarisch schier zuiver agrarisch, met weinig andere contacten tussen de delen dan die het bestuur legde. Al vervaagde de reële inhoud, het staats rechtelijke omhulsel Zeeland bleef verankerd in de grondwet. De 19e eeuw betekende een overgangsperiode voor het Nederlandse volk, als het ware een winterslaap ook voor de gewestelijke samenlevingsverbanden. Oude vormen blijken echter een taai leven te kunnen leiden. Als er omstreeks 1875 nieuw maat schappelijk leven ontluikt, weet dit zich goed aan te passen bij de administratieve eenheden die onze grondwet heeft bewaard. Het begrip Zeeland begint dan weer een levende inhoud te krijgen. 1875 noemden wij als jaartal al is dit van zelfsprekend nogal simpel. Het nieuwe tijd perk gekenmerkt vooral door het grootbedrijf doet zich dan n.l. aan Zeeland kennen: de scheepswerf De Schelde te Vlissmgen wordt in dit jaar gesticht. Bovendien was drie jaar tevoren de Zeeuwse spoorlijn in zijn geheel in bedrijf gekomen, waarmee de opening van de kanalen door Walcheren en Zuid-Beveland gepaard ging. Beperken wij ons tot de eco nomische geschiedenis, dan zien wij van dat jaar af onze provincie zich verder op moderne basis organiseren. De landbouw gaat geheel nieuwe wegen inslaan; de industrie ontwikkelt zich de kanaalzone in Oost Zeeuwsch- Vlaanderen, Middelburg, het Land van Hulst en vele andere plaatsen met verspreide be drijven het handelsapparaat, dat Zeeland moet verzorgen vestigt zich in enkele centrale steden en slaat zijn banden om het geheel; een modern wegennet en verkeerstelsel ont staat, dat zo niet aan alle, dan toch aan vele eisen voldoet zo worden de bootdiensten gemoderniseerd, een proces dat nog steeds niet is afgesloten; het moderne recreatiewezen komt op en geeft velen een bestaan; tenslotte zijn daar de openbare nutsbedrijven voor gas, electriciteit en water, waarvan het modernise ringsproces in een vergevorderd maar nog niet afgesloten stadium is. Ziedaar economisch Zeeland, een provincie die zich opmaakte haar plaats in de rij van haar gezusters in beschei denheid, maar toch ook fier in te nemen. Dit alles is tevens de basis van een nieuw 59

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1953 | | pagina 13