ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 2
Vervolg van pag. 43)
De botvisserij van Tholen.
De jaarlijkse productie bedraagt hier
20.000,En ook deze tak zal met de af
damming worden uitgeroeid.
In de weergave van het visserij-rapport
hebben wij opzettelijk bij elk hoofdstuk de
aangevoerde argumenten tegen de afdamming
achterwege gelaten. Zij laten zich afzonderlijk
als volgt samenvatten en commentariëren.
1. Afsluiting der zeegaten betekent het op
heffen van de verzilting (de verdroging
wordt niet genoemd) voor land- en tuin
bouw. Dit, aldus het rapport, zal misschien
leiden tot meerdere welvaart. Misschien,
want de afzet van agrarische producten
is zeer wisselvallig. Tegenover dit onze
kere voordeel staat de zekerheid, dat de
visserij ten onder gaat.
Natuurlijk betekent meer productie niet
zonder meer een grotere geldopbrengst.
Potentieel echter ligt er bij een voor meer
dan de helft ondervoede wereldbevolking
nog een enorme afzet braak. Bovendien is
Nederland agrarisch allerminst zelfgenoeg
zaam en breidt onze bevolking zich steeds
meer uit.
2. Men wijst het argument van de vereiste
hogere veiligheid af. In feite gaat het reeds
lang in wezen om het tegengaan van de
verzilting. Voorts damt men toch ook de
Westerschelde niet af. Tenslotte is er een
ander middel, n.l. verhoging en verzwa
ring der dijken.
Vroegere plannen beoogden inderdaad
vooral een bestrijding van de verzilting.
Sedert i Februari 1953 is echter de veilig
heid ons eerste doelwit geworden. Dit is
en blijft ons wel heel duidelijk voor ogen
staan, ook als het windstil is! Verhoging
en verzwaring der dijken zal blijkens het
rapport van de Delta-commissie minstens
zo duur komen en in plaats van landwinst
ontstaat er dan nog landverlies. De Wes
terschelde wordt (nog?) niet afgedamd,
omdat de wereldstad Antwerpen daarmee
zijn verbinding met de zee zou verliezen.
Prof. Thijsse heeft ondertussen zich wel
degelijk in deze zin uitgelaten, al zal dit
plan pas later aan de orde komen.
3. Men bepleit een gulden middenweg, n.l.
het afsluiten van het Haringvliet en het
Brouwershavense Gat, om rond de Oos-
terschelde de dijken te versterken.
Ook dit is een duurdere oplossing, die
bovendien Zeeland in zijn isolement laat.
De nieuwe kansen, die onze provincie met
een volledige afdamming krijgt, zouden
daarmee verspeeld worden.
4. De kapitaalinvesteringen in de visserij
worden waardeloos; de werkloosheid zal
toenemen en omscholing voor werkloze
vissers is een zinledige frase.
Inderdaad liggen hier bezwaren, maar
de winst zal vele malen groter zijn. De
geschiedenis kent vele van deze voor
beelden op nog veel grotere schaal. Aan
het eind van de Middeleeuwen verzandde
het Zwin en daarmee kwam Brugge tot
verval. Aan het eind der 18e eeuw werd
de Engelse wolnijverheid fabriekmatig ge
organiseerd, waarmee het handwerkbedrijf
en daarmee de arbeiders aan het ver
pauperen werden prijsgegeven. Voor deze
mensen is weinig of niets gedaan, maar
niemand zal in onze tijd getroffenen aan
hun lot overlaten. Aan de vissers zal vol
komen recht moeten geschieden, dat merkt
ook de Delta-commissie op. Helaas vergt
elke technisch-economische vooruitgang
zijn slachtoffers. En voor een gezonde en
zich uitbreidende bevolking is er geen tijd
voor rust. De publicatie over de Zeeuwse
visserijen herinnert ons er hopelijk ten
overvloede aan, dat het hier uiteindelijk
om de mens gaat. Zeeland zal zich de
historische verdiensten van de visserij
bevolking te zijner tijd weten te her
inneren! M. C. V.
46