Zeeland, het land der Nadere Reformatie ZEEUWS TIJDSCHRIFT No. 3 gaan wonen, (zie ook het kaartje van de oude bewoning). Deze bewoning breidde zich zo uit, dat dorpen ontstonden. Bijna alle dorpen die we in het oude Walcheren kennen worden dan ook vóór 1250 n. Chr. vermeld. Ook de vluchtbergen zijn opgeworpen tussen 800 en 1200 n. Chr. Vele zijn in de laatste tientallen jaren afgegraven. Waar ze ongeveer gelegen hebben kan men nu nog nagaan, omdat vele wegen, boerderijen en percelen in de omgeving er van, een naam dragen met „berg" er in. De veronderstelling dat de bergjes als toe vluchtsoorden bij overstromingen gediend heb ben is lang met zeker, sommigen beweren dat ze een militaire betekenis hebben gehad. Door de prediking van Willebrord is de be volking in kennis gekomen met het Christen dom. Reeds in 1100 waren er al enkele ker ken, de zogenaamde Moederkerken, deze ston den om Middelburg, West-Souburg, Oostka- pclle en Westkapelle, zie ook het kaartje. Voor 1250 hadden alle dorpen reeds een kerk, en was de bevolking gekerstend. Een schrijver uit 1100 noemt de bevolking hardnekkig, som ber en ruw, wisselend als de zee, door geen heren en geen wetten bedwongen, het vreest niets of niemand en gelooft slechts wat het voor zijn ogen ziet. Een schrijver uit 1250 zegt: de bevolking is groot van gestalte, sterk van lichaam, koen van geest, vroom in de godsdienst, vreedzaam en rustig onder elkan der, voor velen weldadig, voor niemand lastig, behalve als ze genoodzaakt zijn weerstand te bieden aan een brutale vijand. Tot zover en kele gegevens over de oude bewoning. Meer gegevens vindt U in het reeds eerder genoem de boek. door Dr B. Breek 1.NZE provincie neemt in velerlei opzichten een ge heel eigen plaats in temid den van het Nederlandse volksleven. Met name se dert de gebeurtenissen rond de stormramp van 1 Februari 1953 is hierop herhaaldelijk de aandacht gevestigd, zozeer zelfs, dat men niet ten onrechte heeft opge merkt, dat Zeeland door velen als proefpolder werd beschouwd, en zulks niet alleen in agra rische zin! Ambtenaren en afgevaardigden, so ciologen en psychologen zijn over ons gewest uitgezwermd en hebben hun rapporten aan de bevoegde instanties uitgebracht, terwijl wij in tussen hopen en vertrouwen, dat uit dit alles iets goeds geboren mag worden. Toch schuilt in dit gebruiken van Zeeland als proefpolder een niet denkbeeldig gevaar en wel het volgende, dat n.l. het eigen karakter wordt aangetast en onze provincie gaat delen in het proces van massificering en vervlak king, dat zich schier onvermijdelijk ook in ons land doorzet. Met name op godsdienstig en kerkelijk terrein zou zulks te betreuren zijn. Hoewel een provinciaals chauvinisme ons vreemd is waarvan de volgende regelen getuigenis mogen en willen afleggen! me nen wij toch, dat het eigen karakter niet dan node teloor mag gaan. Tot bezinning op dit eigene wil dit artikel oproepen, waarmede wij tevens gehoor geven aan een verzoek van de redactie voor het Zeeuwse tijdschrift een bij drage te leveren. 2. Wij zijn ons volkomen bewust, dat de for mulering van onze titel enige nadere precise ring nodig heeft. Wanneer wij kortweg schrij ven: het land der Nadere Reformatie, dan 76

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1954 | | pagina 18