No. 4 ZEEUWS TIJDSCHRIFT zomertoestand het verst doorgedrongen op Walcheren en in het Platte van Schouwen. Het water is dan onbruikbaar voor de land bouw. Iets minder erg is de situatie op Tholen, in de Poel en in een strook rond het Kanaal door Zuid-Beveland en in de staart van Zuid-Beveland. Het water is daar niet bruikbaar als drinkwater voor het vee. Alleen de duinstroken en het overige deel van de Zak van Zuid-Beveland hebben water dat bruik baar is voor alle doeleinden. De verzilting heeft betrekking op 33.000 ha, waarvan rond 25.000 ha in het gebied van de Zeeuwse eilanden. Over de mate van verzilting van het grondwater zijn nog geen volledige ge gevens beschikbaar. De verdroging in zuidwestelijk Nederland beslaat 133.000 ha, grotendeels Noord-Bra bant; Zeeland's aandeel hierin bedraagt ruim 29.000 ha. De voornaamste getroffen ge bieden zijn de Zak van Zuid-Beveland, het westelijk deel van Tholen en enkele verspreide delen van Zuid-Beveland (benoor den de spoorlijn Sloedam-Kapelle), Noord- Beveland, Schouwen-Duiveland en een gebied ten oosten van Nieuw- en St. Joosland. Ten aanzien van de waterbeheersing merkt het rapport op, dat men nu reeds allerwege tot het bouwen van bemalingsinstallaties over gaat. Van de natuurlijk lozende gebieden wij spreken hier steeds van Zeeland zonder Zeeuwsch-Vlaanderen ten bedrage van 21.800 ha, is voor 20.000 ha ook zonder het Deltaplan bemaling gewenst. Het productieplan en de bedrijfsvoering worden als volgt door het rapport om schreven: Schouwen-Duiveland (16.500 ha). Dit eiland kent een grote verscheidenheid van bodemtypen met veel grote bedrijven, een af nemende agrarische bevolking en een minder intensief bedrijfstype. De verkaveling is slecht. De arbeidsbezetting is bijzonder laag en de agrarische werkloosheid is onbetekenend. In het westelijk deel komt fruitteelt voor. Tholen en St.-Philipsland (12.500 ha). De landbouw op Tholen stemt grotendeels over een met die op Flakkee. In het midden van het eiland liggen enige zeer slecht verkavelde polders in gras. St.-Philipsland wordt geken merkt door grote, goed verkavelde akker bouwbedrijven. Noord-Beveland (7.000 ha). Op dit eiland met zijn vruchtbare grond overheerst het grote akkerbouwbedrijf. De helft van het bouwland wordt beteeld met hakvruchten, terwijl naast tarwe en gerst ook het vlas van belang is. De fruitteelt heeft de laatste tijd enige betekenis gekregen. Zuid-Beveland (30.600 ha). Door een grotere verscheidenheid aan bodemtypen dan in andere zeekleigebieden kent Zuid-Beveland verschillende soorten bedrijfstypen. In het midden en het zuiden liggen zeer slecht ver kavelde laag gelegen graslandcomplexen. Op de vruchtbare kleigronden wordt akkerbouw bedreven, terwijl de groente- en fruitteelt een zeer belangrijke bedrijfstak vormt, die in sommige gemeenten 30 van de cultuur grond beslaat. Walcheren (15.900 ha). Het productieplan van de bedrijven is vrij extensief met een lage arbeidsbezetting. De agrarische werkloosheid is ook in de zomer aanzienlijk. Aangepast aan de op korte afstanden vaak sterk wisselende bodemgesteldheid komen overwegend gemengde bedrijven met gemid deld 60 bouwland met slechts 30% hak vruchten voor. De melkveebezetting is laag, terwijl varkens en kippen van weinig beteke nis zijn. Tuinbouw is niet van overwegende betekenis. Nu de herverkaveling nagenoeg is uitgevoerd, is reeds een aanzienlijke intensive ring en verbetering van de bedrijven waar te nemen; deze zal zich ongetwijfeld nog voort zetten. De verkeersligging wordt op natuurlijke wijze belemmerd zodat het moderne wegver voer zich onvoldoende kan ontwikkelen. Ook dit verschijnsel beperkt de mogelijkheden van 109

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1954 | | pagina 21