Het Drie-eilandenplaru No. 4 ZEEUWS TIJDSCHRIFT Zeeland, en zijn isolement ALCHEREN, Zuid-Beve land en Noord-Beveland vormen gezamenlijk mid den-Zeeland. Gewoonlijk wordt er nog steeds gespro ken over de drie eilanden, ofschoon de eerste twee sinds driekwart eeuw met het vasteland van Noord-Brabant door middel van de Sloe- en de Kreekrakdam zijn verbonden. Noord-Beve land daarentegen is één van de laatste twee overgebleven werkelijke eilanden in Zeeland, nl. met Schouwen-Duiveland samen. Zeeuws- Vlaanderen heeft altijd deel uitgemaakt van de Vlaamse laagvlakte, al waren vele onder delen hiervan tot in de 18de eeuw eiland. St. Philipsland kreeg een halve eeuw geleden zijn vaste verbinding met Noord-Brabant. Tholen ten slotte kreeg in 1928 een brugverbinding met laatstgenoemde provincie. Het Drie-eilandenplan beoogt nu Noord- Beveland door afdammingen resp. van het Veerse Gat met Walcheren en van het Ooste lijk deel van de Zandkreek met Zuid-Beve land te verbinden. Reeds vóór 1940 was wel eens, platonisch, met deze gedachte gespeeld. Zij kwam niet voor uitvoering in aanmerking. Toch waren er plannen gemaakt om Noord-Beveland uit zijn isolement te verlossen. Omstreeks het tijd stip waarop Nederland in de laatste oorlog werd betrokken, zou een brug van Kortgene naar Wolfaartsdijk worden aanbesteed. De oorlog en de verarming er na verhinderden de uitvoering van dit plan. Dezelfde mensen trouwens, die het zgn. Brugcomité hadden gevormd, waren wat huiverig geworden van het bouwen van een brug! Het Drie-eilanden- plan was nl. ondertussen naar voren gescho ven; de lessen van de dijkdichting op Walche ren zouden immers toegepast kunnen worden. l: De redactie van het weekblad Econo misch Statistische Berichten" gaf ons toestemming het onderstaande artikel uit het nummer van 31 Maart 1954) over te nemen. Een brug zou de kansen hierop verminderen. Een prikkelende brochure 1) had op deze mo gelijkheid de aandacht gevestigd. Ondanks veler actie vooral van de zijde van het Pro vinciaal Bestuur werd deze droogmaking echter in Juli 1952 naar een later tijdstip ver schoven: er waren urgenter plannen. Het resultaat was: geen brug en geen dammen, maar wel een grotere veerboot. De Februari-ramp van 1953 bracht weer een verandering van inzicht. Reeds voor het Delta-plan ter uitvoering werd aanbevolen, werd het duidelijk, dat de veiligheidseisen be werkstelligden wat economisch nog niet boven in het nationale behoeftenschema kon staan: op 21 Februari 1954 deelde de Minister van Verkeer en Waterstaat mee, dat de studie van de uitvoering van het Drie-eilandenplan door de Rijkswaterstaat betekende, dat het kon worden uitgevoerd, los van het Delta-plan. Vooral voor de Noord-Bevelanders gaf dit een verademing: men behoefde nu niet op de realisering van de afsluiting der zeegaten te wachten. Over 5 tot 7 jaar zou het klaar zijn en niet over 20 of 25 jaar. Het rapport van de Delta-commissie bevestigt dit. Bij Veere is een primaire-, bij Kats een secundaire afdam ming geprojecteerd. Gezien de termijnen waar om het gaat is het enthousiasme van de Zeeuw voor het Drie-eilandenplan niet bekoeld door het veel grootsere Delta-plan. Het Drie-eilandenplan is de voorlaatste stap naar opheffing van de geografische verbrok keling van Zeeland. Ongeveer 5000 voor het begin der jaartelling brak het Nauw van Ca lais door. Voor onze kusten ontstond een schoorwal, die echter o.a. in het gebied der Zeeuwse en Zuidhollandse eilanden onderbro ken was door de Schelde- en Maasmonden. De zee, die steeds meer in niveau steeg, drong hier binnen en aldus ontstond een zeer ver- 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1954 | | pagina 27