Uit de familiepapieren van Mr Itel Frederik Turcq ZEEUWS TIJDSCHRIFT No. 6 ogen open, ik klemde m'n handen aan een leuning vast, ik gilde. Een geweldige klap, die me tegen de grond sloeg, toen het geluid van instortende muren en toen was het voorbij. Op de plaats, waar eens mijn molen gestaan had, de trots van mijn grootvader, van vader op zoon overgegaan, de molen, die ik had beschouwd als iets, waar iedereen respect voor had, iets dat on neembaar was, daar zag ik nu alleen maar een geweldige stofwolk. Het is nu weer al io jaar geleden. Ik heb me er weer al lang mee verzoend; maar soms kan ik nog wel eens naar dat plekje verlangen, naar de molen, die me steeds begreep en naar de onschuldige ge dachten, die toen nog in m'n hoofd rond spookten. Ik wil de herinnering aan de Molen vasthouden en ik weet, dat me dat geen moei te zal kosten, want een herinnering is iets, dat zelfs de machtigste wapens der mensheid niet kunnen vernietigen. Jannie de Hullu Pensionaris en Secretaris te Tholen (l651-1727) P het Instituut voor de Ge schiedenis der Geneeskunde, Wiskunde en Natuurweten schappen te Leiden berust een handschrift uit het be gin der i8e eeuw (cata- logusnr. Inst. 36 c) behelzende „memoriën" van de familie Turcq. Deze familie was in de zeventiende en achttiende eeuwen te Tholen zeer bekend en leverde tal van vooraanstaan den die in Zeeland een rol hebben gespeeld. Zij kwamen uit Bergen op Zoom. In zoverre we konden achterhalen, was Paschasius Justus Turcq, een te Eeklo omstreeks 1526 geboren medicus-humanist, de aartsvader van het ge slacht 1). Een van zijn nazaten, Itel Frederik Turcq, geboren te Bergen op Zoom 20 Oct. 1651, kwam naar Tholen en stierf er in 1727. Hij had te Leiden in de rechten gestudeerd. Eerst was hij burgemeester zijner geboortestad, later pensionaris en secretaris te Tholen. Zijn kroost bleef in Zeeland en was tot in de negen tiende eeuw op velerlei bestuursposten met t) L. Elaut: Brabantia 11952, blz. 194. -) F. Nagtglas: Levensberichten van Zeeuwen, Mid delburg, 1S91, blz. 787; Nieuw Nederl. Biografisch Woordenboekdeel II, blz. 1252. deze provincie nauw verbonden 2). In bovenvermelde „memoriën", samenge- gaard uit bronnen die uit familiedossiers stam men en gecopiëerd door de kleinzoon van Itel Frederik, Willem Hendrik Turcq (geboren Tholen 10 Maart 1724), treffen we een be scheid aan waarvan het heet dat het door Mr. Itel Frederik zelf werd opgesteld. Dit blijkt overigens ook uit de inhoud. De tekst luidt: „Mijn Dogter Justina is geboren den 1 Maart 1685, 's morgens tusschen 6 en 7 uuren." De getuigen zijn de Heer Adriaan van Vry- berghe Bailliu van Axel ende mijne moeder zijnde haare plaatse waargenomen bij mijne zuster Johanna. Mijnen zoon Johan is geboren den 12 Mei 1686, 's morgens tusschen acht en half negen uuren. De getuigen zijn mijn broeder Ludov. Turcq en Juffr. Josina van Vryberghe, mijne moeie. Mijn zoon Justus is geboren den 29 Aug. 1687, 's morgens tusschen 6 en 7 uuren. De getuigen zijn de heer Wilhelm van Vryb. Bailliu etc. en Vwe Dana van Vryberghe mijn schoonzuster. 182

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1954 | | pagina 30