No. i
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
teiten samen te vatten in één zin: hij is de onvermoeide
en eerste dienaar van het gewest.
Onvermoeide en eerste dienaar van het gewest.
Toen hij dezer dagen een redacteur van het Zeeuws
Tijdschrift een onderhoud toestond, stelde de bezoeker
de vraag: „Zoudt U niet graag naar een andere pro
vincie gaan?" En nog voor de vraag was uitgesproken,
klonk het antwoord al door de kamer: „Nooit! Hier of
nergens. Dan liever emigreren!" En dat éne, korte
zinnetje, staccato uitgesproken, is typerend voor de
Commissaris en zijn instelling tot deze provincie. Hij
hoort hier thuis! Zeeland mag en moet dankbaar zijn
voor deze moderne regent, die volledig op de hoogte is
van dit gewest met zijn moeiten en gevoeligheden, die
begrip heeft voor de haast onmerkbare nuances in de
Zeeuwse samenleving, en die vrijwel iedereen in het
openbare leven kent. Wie wel eens bezoeken van de
Commissaris in de provincie meemaakt, verbaast zich
over dit laatste telkens weer: dijkgraven en raadsleden,
gezworenen en rijkspolitiemensen, gemeenteboden en
hoofdambtenaren, hij kent hen allen bij name en zal
nooit verzuimen hen te groeten. Hijzelf vindt dat
allemaal normaal „dat kan immers in een kleine
provincie" maar in werkelijkheid illustreert deze
houding een eminent inzicht in de Zeeuwse toestanden.
Men is hier nog niet zo van elkaar vervreemd, de
Zeeuwen horen nog bij elkaar. En de hoogste gezags
drager gaat in deze opvatting voor.
De kamer van de Zeeuwse Commissaris der
Koningin in de gebouwen Dam 6 en 8 te Middelburg
is maar klein. In het midden staat een bureau, be
laden met dossiers en papieren. Doch wanneer er een
bezoeker komt, worden die terzijde geschoven, omdat
de Commissaris een persoonlijk gesprek niet zomaar
één-twee-drie wil afdoen. En is de bezoeker een niet-
Zeeuw, dan zal hij in de loop van het gesprek menig
rake en informatieve opmerking over het gewest horen.
Want: „Er is veel onkunde over Zeeland", meent de
Commissaris. „En waarom? Het is hier heus geen
achtergebleven gebied. Integendeel, op menig terrein
kan met andere provincies worden geconcurreerd. De
landbouw is hier uitmuntend en ons wegennet is
goed
3