No. i
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
deed vergezeld gaan van de mededeling, dat
hij „nergens voor instond", haar eerste spre
ker Prof. Bokhorst, hoogleraar in de
geschiedenis aan de Universiteit van Pretoria,
die als majoor bij het MG te Middelburg was
verzeild geraakt aan het publiek voorstel
de, bevolkten 600 dicht opeengepakte Middel
burgers, allen leden van de Z.V.U., de zaal.
Velen zullen zich deze eerste serie een
enkele maal door teleurgestelde hockeyers met
rotjes of lichtuitdraaien gestoorde avonden
nog herinneren: vóór de pauze werd door een
der grote mannen van toen een referaat ge
houden over een of ander wederopbouw- of
herstelprobleem en na de pauze kreeg het pu
bliek gelegenheid om vragen te stellen.
Op een dezer avonden gaf Prof. Goudriaan
een epaterend nummertje Middeleeuwse Ger
maanse literatuur weg, dat hij hoe wist en
weet nog niemand in een grandioos betoog
over de Psychologische zijde van de „Weder
opbouw" had ingevlochten.
Op een andere avond, in het begin van
April 1945, zou generaal Kruis over „Het
Militair Gezag" komen spreken en velen
hadden zich ongetwijfeld reeds bij voor
baat verheugd op het tweede deel van de
avond: het debat. Maar om kwart over acht
kwam het bericht binnen, dat de generaal,
volgens boze tongen omdat hij de dood op het
slagveld boven een executie in de zaal prefe
reerde, maar naar de officiële omschrijving:
om dringende militaire redenen naar het
Oosten des lands was getrokken. Een onzer
eerste tegenslagen, die - naar wij ons nog
altijd met bewondering herinneren zon-
jT IT deze eerste jaren dringen zich
onnoemelijk veel herinneringen aan
ons op
.hoe het Sweelinckkwartet in het laat
ste oorlogsjaar ondergedoken gevormd als
eerste na-oorlogse instrumentale ensemble dat
een aantal concerten voor ons gaf, tot onze
der aarzeling en met volledig succes werd
opgevangen door onze mede-oprichter Mr P.
C. de Jonge, die met een eigen vrijwel-ge-
improviseerde voordracht niet over het
MG de aanwezigen rijp maakte voor een
vreedzaam debat na de pauze.
Dat de enorme toeloop, die Middelburg in
de eerste weken te zien had gegeven, zelfs
in verhouding niet overal zou kunnen wor
den bereikt, was ons van den aanvang af
duidelijk: de tijden waren geleidelijk veran
derd, er verschenen weer kranten in steeds
groter omvang, de boekenmarkt ging open, er
kwamen tal van andere zaken opdoemen, die
de aandacht van de mensen opeisten.
Maar in April 1945 schreef onze Penning
meester, de heer Baijens die nog altijd trouw
en met opoffering van enorme hoeveelheden
van zijn vrije tijd de Z.V.U. in dezelfde kwa
liteit dient, te Middelburg het 1600-ste lid
in. en kon met trots in een te Goes en om
geving verspreid prospectus worden medege
deeld, dat zich voor de te Middelburg geor
ganiseerde Engelse cursussen niet minder dan
275 deelnemers hadden doen inschrijven.
Na 10 jaar durf ik voor het forum van
dit vertrouwde gezelschap wel opbiechten,
dat de overgrote meerderheid dezer leergieri
gen uit jongedames bestond, die, blijkens het,
naarmate de leerstof moeilijker werd, terug
lopen van de getallen van bezoekers van de
cursusavonden, al heel gauw andere en ge
makkelijker middelen dan het spreken van
grammaticaal verantwoord Engels hadden
ontdekt om met onze bevrijders te converse
ren
Herinneringen.
grote schrik eerst maar voor de helft hier
aankwam doordat de andere helft ergens een
boot had gemist. hoe de cellist van dit
viertal zijn instrument tijdens het spel voort
durend hartstochtelijk met de knieën in elkaar
moest drukken om een scheur dicht te persen,
die hij bij zijn vertrek uit een der Hilversumse
7