Zeeuws-, Nederlands-
of Brabants - Vlaanderen
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 3/4
HET WAS IN APRIL 195 i. Na af
loop van een redactievergadering in
ITulst maakten wij in „Het Bonte
Hert" kennis met de notabelen van Hulster
ambacht. Aarzelend vroegen wij naar de me
ning van de heren over de opzet van ons blad
en die kregen wij zonder enige terughoudend
heid te horen: uit het „Zeeuws Tijdschrift"
kon zeker iets goeds groeien, maar het was
geen blad voor het land van Hulst. Natuur
lijk, bestuursrechtelijk en administratief be
hoorde Hulsterambacht tot de provincie, maar
daarmee was niet gezegd, dat de bewoners
Zeeuwen waren. Zij voelden zich Nederlander
en Oost-Vlaming, maar weinig of geen Zeeuw.
IN het bewogen jaar 1918/19, toen aan de
Parijse conferentietafel sprake was van
annexatie van de linker Schelde-oever bij
België, heeft Zeeuwsch-Vlaanderen in zijn ge
heel, van d'Ee tot Hontenisse, van Hulst tot
aan Cadzand, overduidelijk getoond, dat het
Nederlands was en blijven wilde. De histori
sche verbondenheid met Noord-Nederland
werd in die dagen belicht in een brochure van
Dr J. de Hullu, destijds rijksarchivaris in de
provincie Zeeland: „Zeeuwsch-Vlaanderen
door historie en volksaard Noord-Neder-
landsch gebied." Het viel de geleerde De Hul-'
lu, Cadzandtenaar van geboorte, niet moeilijk
de hechte relaties tussen Nederland en het
Overscheldese aan te tonen. Het vrije van
Sluis, Biervliet en Terneuzen hebben reeds in
het begin van de opstand tegen Spanje de zijde
van de Prins gekozen. Op de verovering van
Sluis door Parma in 1587 volgde prompt de
/verovering door Maurits in 1604. Tijdens het
Bestand werd een begin gemaakt met de her-
dijking van de westelijke polders, die om mili
taire redenen geïnundeerd waren. Herdijking
en landaanwinning geschiedden van uit het
Noorden. De bevolking stroomde in de 17e
en 18e eeuw toe uit schier alle windstreken. Er
vestigden zich Vlaamse protestanten, refugiés
uit Frankrijk en Walenland, Duitse Luthera
nen, boeren van de Zeeuwse eilanden en
Vlaamse doopsgezinden.
Toen in 1795 de Bataafse Republiek ge
dwongen werd Staats-Vlaanderen aan Frank
rijk af te staan, was er in westelijk Zeeuwsch-
Vlaanderen een homogene bevolking, overwe
gend protestants, een bevolking die zich
Noord-Nederlander voelde, misschien wel
meer dan de eigenlijke Zeeuwen, voor wie de
gewestelijke zelfstandigheid dikwijls zwaarder
geteld had dan het gezag van de Unie. De val
van Napoleon en de terugkeer van het Neder
lands gezag werden in 1814 met vreugde be
groet. Gedurende de Belgische opstand, zes
tien jaar later, toonden de bewoners van het
westelijk deel met woord en daad, dat zij als
vroeger met het Noorden verenigd wilden zijn.
Veel van wat hierboven gezegd is van het
land ten westen van de Braakman, geldt ook
voor een groot deel van het gebied ten oosten
daarvan. In de tijd der „geusen troubele" ko
zen Terneuzen en Axel weldra de zijde der
Staten. De eerste plaats kwam niet meer onder
Spaans gezag; Axel ging in 1583 verloren,
maar werd in 1586 door Maurits heroverd.
Sindsdien bleef het Noord-Nederlands gebied.
Heel anders ging het met Hulst en Sas van
Gent. Het duurde tot 15 91 eer Hulst binnen
de tuin der Nederlanden getrokken werd
vijf jaar later ging het weer verloren. Het
werd 1645 voordat Frederik Hendrik binnen
het raam van een groter dessein het land van
Hulst opnieuw onder Staats gezag bracht. Eén
126