No.
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
Sint Caecilia; 70 x 85
Chanson du Chantier; 75 x 90
IK wil iets uit bet leven van Reimond Kim-
pe vertellen. Niet om het anecdotische
maar om het essentiële uit dit leven van
strijd, neergang, opgang, en steeds weer strijd,
dat de groei en ontwikkeling van zijn werk
leidde en stuwde tot wat het nu is.
Kimpe is een gesloten figuur; hij tast voor
zichtig naar debedoelingen van zijn even
mens-
Wet. leven heeft hem enigszins schuw ge
maakt, maar heeft het koppig-Vlaamse van de
Gentenaar niet gebroken.
Gent was steeds een stad van Kempers en
artiesten- Op 8 december 1885 werd hij er
geboren. Een eenvoudige rekensom leert ons
dat 1955 een kroonjaar vormt in het leven
van deze artiest, die nog steeds in de volle
wasdom van de artistieke creatie staat.
Hij studeerde met succes aan de Gentse uni
versiteit af als civiel ingenieur.
In zijn studententijd komt hij onder invloed
van de Van-Nu-en-Straksers en breekt zijn
artistieke scheppingsdrang los in verzen, to
neelstukken en proza-verhalen.
Via de literatuur komt hij met de jonge
schilders in aanraking te Gent, St. Maertens
Laethem en later te Lier, waar hij van 1910
1917 als ingenieur verbleef en een intieme
vriend van Felix Timmermans werd.
In het piëteitsvolle werkje van Lia Tim
mermans, aan haar vader gewijd, lezen we:
„Een ander van de vrienden was Reimond
Kimpe. Eigenlijk was hij ingenieur maar hij
schilderde en schreef ook: een fijnzinnige
jongen".
Op 35-jarige leeftijd vestigt hij zich te
Middelburg en voortaan geeft hij zich geheel
aan de schilderkunst, zijn eigenlijke roeping.
EEN leven van hard labeur, van ontem
bare werkdrift breekt aan.
Een geweldige klap brengt hem het
oorlogsgeweld van 1940. Door een atelier-
brand gaan 200 doeken en alle tekeningen
van Walcheren, een veelvoud van 200, ver
loren.