No. 5
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
deren hebben vanouds bij het graafschap Vlaanderen gehoord, in andere delen heeft het Cal
vinisme grote invloed gehad, zodat men zich hier door de religie meer verwant voelde met
overig Zeeland.
Raadslid C. van Bendegem uit Axel was het in grote trekken met burgemeester Lockefeer
eens, doch tevens formuleerde hij kort het dualistische karakter van de bevolking „Wij zijn
Nederlanders, maar wij zijn ook Vlamingen!"
De voorzitter, redactiesecretaris drs Verburg, wilde eerlijkheid betrachten: „Als men
voor deze tegenstellingen een schuldige wil aanwijzen, dan zal nien toch naar beide kanten
moeten kijken." En daarom somde hij enkele ,,groot-Zeeland"-argumenten op: een Stichting
Zeeland, een E.T.I., een P.P.D. een Nederl. Instituut voor Efficiency, een Volkshogeschool,
werken wel degelijk zonder enig voorbehoud voor de gehele provincie. En bovendien: „waar
nodig, heeft Zeeland toch altijd één lijn getrokken, en zal het dat ook in de toekomst moeten
doen, bijvoorbeeld ten aanzien van het woningbouwvraagstuk."
*Ti*
TOT zover was de discussie nog niet veel meer geweest d,an een bepalen van stand
punten, waarbij de burgemeester van Hulst het Vlaamse standpunt, gemeentesecretaris
Verhage het Zeeuwsch-Vlaamse standpunt en voorzitter Verburg meer het Zeeuwse
standpunt vertegenwoordigden. Men kon nu de poging wagen om bepaalde lijnen en figuren
in het gesprekspatroon te ontdekken, te trachten de standpunten te verklaren en zo mogelijk
naar elkaar toe te brengen. Die poging werd gewaagd door twee redacteuren van het tijd
schrift, de Goese architect ir P. 't Hooft en de Hulster leraar drs Louis Lockefeer.
WIJ moeten proberen na te gaan wat eigenlijk „Zeeuws" is, zei ir 't Hooft, en hij trok
vervolgens enige vergelijkingen tussen stedebouwkundige aspecten van sommige
plaatsen: „Zierikzee maakt nog een sterk-Nederlandse indruk, zoals bijvoorbeeld
Hoorn en Enkhuizen dat doen. Goes en Middelburg zijn al wat opener, in Bergen op Zoom
voelt men reeds Franse invloed en in Hulst is dat nog veel sterker. Wij zitten dus in een
overgangsgebied, bovendien nog doorsneden met zee-armen. De gewestelijke volksaard hier is
samengesteld uit allerlei componenten en de vraag is hoe deze componenten bij elkaar te
brengen. Er werd in dit debat, geloof ik, te veel de nadruk gelegd op de stelling „Zeeuws
is gelijk aan Middelburgs", en te weinig op die mede-componenten. De Zeeuwse volksaard
moet dus eerder worden gezien als een bundeling van deze componenten en minder als een
centrale Zeeuwse mentaliteit!"
Drs Louis Lockefeer formuleerde hetzelfde anders en aanvullend: „Zeeuws is een fictie.
Maar ook Zeeuwsch-Vlaams is een fictie. Want deze begrippen vallen in deze discussie
is het al merkbaar uiteen in allerlei stukken: het Land van Hulst is een eenheid op zich
zelf, West Zeeuwsch-Vlaanderen is opgebouwd uit diverse delen, dan is er de kanaalzone,
voorts het land van Axel. En hoe wil men nu over Zeeuwsch-Vlaamse belangen spreken?
Natuurlijk zijn er dingen, die geheel Zeeuwsch-Vlaanderen raken, maar wanneer men zich
achteruitgesteld voelt, dan zijn daar allerlei oorzaken voor te vinden. Doch gelukkig zijn er
de laatste jaren ook symptomen van binding."
Dezelfde conclusie dus als van ir 't Hooft: bundeling der componenten. Drs Lockefeer
noemde er enkele met name: op cultureel terrein, o.a. het werk van de Zeeuwse Culturele
155