No. 2 ZEEUWS TIJDSCHRIFT ver gestuurd. Zijn vader was toch maar baas van een meestoof en hij directeur van de weverij!" In het voorjaar van 1848, toen Europa leefde in een roes van revolutie, riepen de Middel burgers over een bijzonder geslaagd liefdadigheidsconcert. Ook Willem was daarheen geweest. Hij maakte er kennis met Claartje de Ligny, dochter van een commies ter secretarie. Toen hij het meisje naar huis had gebracht, wist hij dat hij verliefd was. Zijn belangstelling voor een vrouw kwam wat laat, maar nu ook des te heviger. De oude Schuilwerve zei: „Jongen, jij lijkt koning Willem wel, die is ook in vierentwintig uur bekeerd", maar Willem had van de fluwelen omwenteling in Nederland geen notitie ge nomen, hij begreep niet waar zijn vader op doelde. Verliefdheid, als ze pas is doorgebroken, veroorzaakt onvermijdelijk bewustzijnsvernauwing. In Oostenrijk was Metternich verdreven, in Berlijn werd gevochten op de barricaden, in Parijs sprak Louis Blanc van ieders recht op ar beid, maar dit alles wekte Willem niet uit de halve droomtoestand, waarin hij dagenlang ver keerde. Bij zijn eerste bezoek aan de familie De Ligny legde hij een schromelijke onwetendheid aan de dag, die de oude heer verbaasde. Behalve de ouderlijke toestemming tot het huwelijk met Claartje kreeg Schuilwerve in dat ene uur visite een les in contemporaine geschiedenis: de triomf van de liberale burgerij in West- en Midden-Europa. De directeur van de weverij had alleen gemerkt, dat de katoenprijzen vreemde schommelingen maakten. Tegen het eind van het jaar vroeg Schuilwerve de heren Salomonson verlof om een eigen woning, wat meer in de stad, te betrekken. Hij wilde met Claartje niet leven in de onmid dellijke nabijheid van de weverij en haar bijgebouwen. De firma was bereid zijn verzoek in te willigen, mits de directeurswoning een passende bestemming kreeg. Willem verhuurde haar aan een van de opzichters en scheidde zodoende zijn particuliere leven van het bedrijf. Toen kocht hij een huis en erve met tuin in de Segeerstraat, wijk H no. 107, doende aan grondlasten 37,voor 3400,Het verschimmelde goudleerbehang in de benedenver trekken werd vervangen door een jutebetengeling, overplakt met papier, een patroon van enorme chrysanten; de lambrisering werd gesloopt, de schoorsteenmantel verbouwd, pasklaar voor een moderne vulkachel. In de lente van '49 trouwden Willem en Claartje; binnen het jaar waren zij een zoon rijk. SCHUILWERVE leerde door zijn huwelijk een heel nieuw milieu kennen. Zijn vader gaf de boeren, met wie hij contracten afsloot, bij wijze van begroeting een stevige klap op de schouder en schonk hun vervolgens een ferm glas brandewijn in boeren dronken geen genever. De gesprekken waren gekruid met kaerel en krek, hun belangstelling ging uit naar het weer en de oogstverwachting. Twee weken Middelburgse kermis betekenden voor vader Schuilwerve zeven avonden op stap, met moeder en de jongens wafels gaan eten, naar de fakir, naar de waarzegger. Kwam er na een reeks van kwakkel winters eens een ouderwetse januarimaand met een vracht sneeuw, dan liet vader een ar voorspannen. Krek als de grote lui reed hij de Veerse poort uit, alle singels over om aan de Vlissingse poort zijn joyeuse entree te maken met een rode kop vanwege de onderbreking aan een van de buitentuinen. Vader De Ligny, vergrijsd in dienst der gemeente en daarvoor levenslang matig beloond, was bedachtzaam met het uitgeven van geld en Spartaans zuinig met vuur en licht. Op het kalenderblad van de voorbije maand becijferde hij de gezinsuitgaven voor de volgende. Toch had hij lang geleden al, toen het traktement nog kleiner was, een piano voor zijn dochter aangeschaft en er was een muzijkmeester over de vloer gekomen om Claartje degelijk te leren 51

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1956 | | pagina 23