ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 3/4
De moeilijkheid voor het kustgebied buiten
Cadzand is echter, dat van de duinen hier
praktisch niets over is en voorzover er nog
restanten zijn, de zeewering zulke eisen moet
gaan stellen, dat ook deze restanten voor de
recreatie en als landschappelijk element wel
zullen moeten worden afgeschreven.
Toch behoeft dit niet te betekenen, dat de
stranden van Nieuwvliet, Groede en Breskens
geen ontwikkelingsmogelijkheden meer hebben.
Een strand op zich zelf, zonder achter
grond, zonder een steun in de rug in de vorm
van horeca-bedrijven, kampeerterreinen e.d.,
zal nooit grote massa's recreatiezoekenden tot
zich trekken. De „accommodatie" zal zich
dus binnenwaarts moeten ontwikkelen. Dat
hier echter landbouwgronden in het geding
komen, maakt de realisering van plannen in
deze richting in een plattelandsgemeente niet
eenvoudig.
Toch moet het wenselijk worden geacht,
dat ook de uitbouw van de recreatiemogelijk
heden langs de stranden oostelijk van Cadzand
eens tot stand zal komen.
Het is duidelijk, dat deze stranden van
westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen ook voor de
bewoners van deze streek een zeer welkom
recreatiegebied vormen. De afstand tot het
oostelijk deel van Zeeuwsch-Vlaanderen is
echter een belemmering in een frequent recre-
atieverkeer van dit gebied naar de kust, al
hoewel de in snel tempo groeiende verkeers
mogelijkheid hieraan wel tegemoet komt.
Toch is met het oog op de toenemende
industrialisatie langs het kanaal van Ter-
neuzen naar Gent de noodzakelijkheid ont-
Reeds nu bestaat er grote belangstelling voor de kreken in de Braakman.
foto P.2.C.
76