De landbouw in Zeeuwsch- Vlaandererw
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 3/4
Ir. M. Sanders:
Zeeuwsch-Vlaanderen is evenals dc overige delen van Zeeland
een agrarisch gebied. Alleen langs het kanaal Terneuzen-
Sas van Gent en langs de Belgische grens treft men indu
strie van betekenis aan. Vanouds bestaat er een duidelijk verschil
tussen de landbouw in Oost en West Zeeuwsch-Vlaanderen, hetgeen
veroorzaakt werd door verschil in mentaliteit en door het feit, dat
de Braakman een intensief contact verhinderde.
De West Zeeuwsch-Vlaamse boer is een bouwboer in hart en
nieren en heeft weinig interesse voor het grasland. Gelukkig is de
graslandexploitatie de laatste jaren zeer verbeterd, zodat de finan
ciële resultaten van dit deel van het bedrijf met de graanverbouw
vergeleken kunnen worden.
De Oost Zeeuwsch-Vlaamse boer heeft meer grasland, dat niet
gescheurd kan worden en heeft daarom iets meer het gemengde
bedrijfstype gekozen, hoewel ook zijn hart sterk naar de akkerbouw
neigt. Het grasland beslaat hier 20 van de cultuuroppervlakte
tegen 17 in het westen.
HET bouwplan vertoont ook een op
merkelijk verschil tussen west en oost.
Hiertoe vergelijken we de oogst van
1955 uitgedrukt in °/o van het bouwland.
west
oost
granen
37
41
peulvruchten
24
17M
handelsgewassen
16M
15
knol- en wortelgewassen
20
24M
groenvoeders
2M
2
We zien, dat in het oosten meer graan en
knol- en wortelgewassen verbouwd worden,
terwijl in het westen meer peulvruchten en
handelsgewassen in het bouwplan voorkomen.
In het westen is men speculatiever in de keuze
dan in het oosten. Typerend is in de groep
handelsgewassen dat het percentage vlas in
het oosten groter is dan in het westen (11,5
tegen 8 °/o), daar in het oostelijk deel meer
kleine vlassers voorkomen. In het westen
daarentegen komt aanzienlijk meer koolzaad
voor. De totale oppervlakte cultuurgrond in
Zeeuwsch-Vlaanderen bedraagt 56.500 ha,
waarvan ruim 30.000 ha in het oosten en
26.300 ha in het westen.
De grondsoort bestaat overwegend uit zavel
tot 35 °/o afslibbaar. Langs de Belgische grens
treffen we zand aan, terwijl Vs van de gron
den meer dan 35 °/o afslibbaar heeft. De fos
faat- en kalitoestand is over het algemeen
goed, evenals de kaiktoestand. In dc oude
polders en de overgangsgrond is de kaiktoe
stand echter vaak slecht.
Bij de stormvloed van 1 februari 1953 is
Zeeuwsch-Vlaanderen gelukkig voor een grote
ramp gespaard gebleven. Weliswaar werden
98