„Hetrapt"
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 2
illusie van diepte toch weten te vermijden, zo
dat van een feitelijke doorbreking van het
vlak geen sprake is.
DE doordachte constructiede zuivere in
tentie en introverte beschouwelijkheid
die uit de kunst van Heeren spreken
doen vermoeden, dat hier een artiest aan het
woord is, die zich eerst na lange tijd van
voorbereidende geestelijke en technische arbeid
tot schilderen zet. Misschien schuilt hierin wel
de voornaamste oorzaak dat Heeren niet im
poneert door een opvallend grote produkti-
viteit.
Uiteraard lenen de decoratieve kwaliteiten
van het werk van deze kunstenaar en zijn
zuiver ornamentaal gevoel zich bij uitstek
voor de wandschilderkunst.
Gelukkig werd Heeren reeds in de gelegen
heid gesteld zijn talent in deze richting te ont
plooien. In het trappenhuis van een school in
Eindhoven en in de foyer van het nieuwe
Ledeltheater te Oostburg voltooide hij een zeer
geslaagde muurschildering. Een ontwerp voor
een mozaïek en een sgraffitto bestemd voor
de nieuwe R.K. H.B.S. te Oostburg liggen
gereed. Ook kreeg Heeren opdracht tot het
vervaardigen van een wandschildering in een
school in Terneuzen.
In de moderne architectuur met haar strak
ke constructieve muurvlakken begint zich een
steeds grotere behoefte naar samenwerking
en eenheid met de beeldende kunst af te
tekenen.
Op dit terrein liggen voor Heeren stellig
grote mogelijkheden in het verschiet en daar
om twijfelen wij er dan ook niet aan of deze
kunstenaar zal weer spoedig van zich doen
horen.
F. H. JILLEBA.
Het Zeeuws Tijdschrift verziend of bijziend?
De heer S. G. Nooteboom te Krabbendijke,
betrapt in het eerste nummer van deze jaar
gang Ir. R. N. Hemmes en mij op een ver
meende tegenspraak. Op pagina 29 heeft de
heer Hemmes gewezen op het minimale aan
bod van werklozen door de hoogconjunctuur
en de uitvoering van herverkavelingswerken.
Ik schreef op pagina 12 dat uitbreiding van
de werkgelegenheid op de Bevelanden de enige
remedie is. Aldus de heer Nooteboom. De te
genspraak lost zichzelf op als men de laatste
passus in zijn verband laat spreken. Hierin
wordt gewezen op de groei van Goes die pa
rallel loopt aan die van de Bevelanden, dat
wil zeggen: op de lange duur. De heer Hem
mes spreekt over de conjunctuur, dat is de
economische beweging op korte termijn. Mo
menteel is er dus weinig te bereiken, maar op
lang zicht wel degelijk.
Overigens meneer Nooteboom, U zult het
met de redactie eens zijn dat zelfs een echte
tegenspraak nog niet ernstig zou zijn. Onze
auteurs geven immers hun persoonlijke me
ning. Voor de levendigheid van het tijdschrift
kunnen zij dan ook niet vaak genoeg betrapt
worden. M. C. V.
56