De voorbereiding en uitvoering van de Deltawerken
No. 2
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
door Drs. M. C. Verburg
HET Deltaplan is in uitvoering. Weliswaar staat het nog slechts in hoofdlijnen vast,
maar voor verschillende werken hebben de Staten-Generaal reeds gelden gevoteerd.
Nog voor de Deltawet was aangenomen keurde ons parlement de afsluiting van de
Hollandse IJssel en het begin van de werken in het Haringvliet en voor het Drie-eilanden-
plan goed. Het is duidelijk dat het papieren plan nog herhaaldelijk zal worden herzien, alvo
rens er hopelijk in 1978 een streep onder kan worden gezet. Die herzieningen zullen evenzo-
vele aanpassingen zijn aan de omstandigheden, waarop de praktische uitvoering der in elkaar
passende deelplannen stuit. De juiste plaats van de kunstwerken en de volgorde waarin zij
worden uitgevoerd staan nog geenszins nauwkeurig vast. Het is de taak van de voor het grote
publiek onzichtbare wetenschappelijke diensten van de Rijkswaterstaat om zoveel mogelijk
gegevens in kaart te brengen op grond waarvan de werken hun definitieve vorm krijgen.
De basisgegevens worden verzameld door
drie speciale diensten, te weten de Waterloop
kundige Afdeling, de Afdeling Waterhuishou
ding en de Afdeling Planning, Kunstwerken,
Ontwikkeling Nieuwe Werkmethoden en
Boordienst.
Waterloopkundige Afdeling.
Plaats, volgorde en ontwerp der kunstwer
ken hangen vooral af van de waterloopkun
dige factoren. Ook de uitvoering zelf en de
gevolgen die het Deltaplan in zijn geheel en in
zijn onderdelen op het betrokken en aangren
zende gebied zullen hebben behoren tot de
taak van de Waterloopkundige Afdeling.
In de algemene waterbeweging tijdens de
uitvoering en na de algehele verwerkelijking
van de werken en in de regeling daarvan
dient de Rijkswaterstaat een inzicht te heb
ben. Zowel voor de oever- en kustverdedi
ging, de waterhuishouding en de scheepvaart
is dit van belang. Zo zijn er verschillende
combinaties van zeestanden en rivierafvoeren
denkbaar waarop de spuiprogramma's van de
Haringvlietsluizen moeten worden ingesteld.
Dit onderzoek vindt onder meer plaats in een
hydraulisch model in het Waterloopkundig
Laboratorium te Delft.
De afsluitdammen en de kunstwerken moe
ten worden ingesteld op de golfbeweging in
het deltagebied. Dit is van belang voor hun
hoogte, profiel en tracé. De golven wisselen in
hoogte, lengte en periode al naar gelang de
windkracht, windduur, strijklengte, water
diepte en het bodemreliëf. Formules ter bere
kening van deze grootheden zijn echter niet
voldoende. Juist in het deltagebied, waar de
winden wisselvallig zijn, de ondiepe zeebodem
wordt afgewisseld door geulenstelsels en
bankcomplexen en brandingsverschijnselen een
grote invloed hebben, is er behoefte aan aan
vullende waarnemingen. Deze worden ver
richt op bepaalde punten en met behulp van
baken op de vaste wal, palen in de zeegaten
en mobiele drijvende golfbaken, die van een
vaartuig af worden bediend. Deze puntwaar-
nemingen worden aangevuld door registreren
de golfmeters zoals de golfschrijver met vlot-
53