ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 4
g - wm—m. -
*-1%
*&-y*
-t&£er&*. -mcmXsAjZ C*>-&**-£c/y
*rj-sé »m—- W*
a*** <^T mjml z£_
-z^At-d. Zer*^
*A ^*^&C?AzAZm>00- -&A 000- &-7ZJX+-
-V^'r^S* **"-*s7*Z^£~4yO-\ Ct4nrzf~ -«f-t-A>tytZy*-gy*^rT..-
amdn w' fc_ /k fl 1_~/f i in' /mw0y c **- lï
-*^^uz^57«<6idi^arr ^s*- ^zr-,^zx~-^_ ?£*■*-
cém*- rU. oS2^_
iSti+^rZZdj&a. ^*Z*xe.2Ïo~
>&7S£*_
MAAR er zijn ook tegenstanders en hun
bezwaren hebben onvoldoende gegol
den. De garnalen-visserij en de oester-
en mosselcultures te Yerseke en Bruinisse wor
den gedupeerd. Velen vragen zich af, of men
Zeeland, dat men door het Delta-plan voor
goed wil beveiligen, gedurende de tijd van
zijn tot standkoming niet weerloos laat tegen
nieuwe stormrampen. En er zijn ingenieurs,
die menen dat verbreding en verhoging der
dijken mogelijk en doeltreffender is dan het
grootse Deltaplan.
Het valt te betreuren, dat de oppositie zich
tot dusver niet heeft geopenbaard in uitspra
ken van deskundigen, wier gezag evenwichtig
is aan dat van de bekwame ingenieurs van
onze Waterstaat. Het ontwerp is te weinig
als strijdvraag behandeld. Essentiële onder
delen ervan waren al in uitvoering voordat
het door de Staten-Generaal was aangenomen.
WIJ menen in de hierbovenstaande re
gels het feit der oppositie te hebben
vastgesteld. Wij hopen, dat de des
kundigen, die zich tegen het Delta-plan en
in het bijzonder het „drie-eilandenplan" ver
zetten, spoedig in het geweer zullen komen,
want een project dat in het begin van uit
voering verkeert is nog voor wijziging vat
baar. Maar zij moeten haast maken, want
de zuigers pompen al.
Wij zijn geen ingenieurs en wij willen ons
niet vermeten het woord te voeren op het
terrein hunner deskundigheid. Maar wel wil
len wij de aesthetische en historische bezwaren
aan de orde stellen, die tegen de weidse on
derneming rijzen bij den cultuurmens, den li
terator.
Het Delta-plan tast de bijzondere eigenheid
aan van Zeeland, Nederlands schoonste ge
west. De vraag doet zich terstond voor,
wanneer wij ons in deze aesthetische mijme
ringen begeven, of dringende oeconomische en
sociale belangen mogen geofferd worden aan
100
