No. 5
tenwereld". Echter is in werkelijkheid het
tegendeel gebleken. Van de veerdiensten,
die een vrij frequent verkeer onderhouden
met Walcheren, Zuid-Beveland en Schou-
wen-Duiveland, wordt druk gebruik ge
maakt; het autoveer nabij Kortgene kan
menigmaal de verkeersstroom niet verwer
ken en in 1957 werden naast de ruim
100.000 auto's en vrachtwagens, meer dan
400.000 personen overgezet! Uit alle lagen
der bevolking bezoekt men veelvuldig ste
den als Middelburg en Goes om daar in
kopen te doen, onderwijs-instellingen te
bezoeken, culturele manifestaties bij te
wonen of op andere wijze ontspanning te
vinden (bioscoop, dansen). Vooral de
jeugd zoekt steeds meer haar vertier bui
ten het eiland. Vele Noordbevelanders be
zoeken Breda of Rotterdam voor het doen
van grotere inkopen; vooral de grotere
boeren bezoeken ook geregeld de beurs in
deze laatste stad. Langs deze weg is in de
loop der jaren een netwerk van relaties
ontstaan met niet-Noordbevelanders,
evenals met de honderden, die kortere of
langere tijd geleden van het eiland weg
trokken en zich overal in het land vestig
den.
Uit alle delen van Nederland kwamen in de
oorlogsjaren onderduikers naar Noord-Beve
land; bovendien werden er veel personen uit
de geïnundeerde Zeeuwse gebieden onderge
bracht. Het geregistreerde inwonertal steeg
daardoor van 7745 in 1940 tot 8546 in 1944.
Het contact van de bevolking met hen en met
de vrij lang ingekwartierde bevrijdingstroepen
nadien, is van grote betekenis geweest voor de
beeldvorming van de wereld buiten het
eiland, vooral voor die lagen der bevolking,
die niet algemeen en intensief in contact ston
den met niet-Noordbevelanders. In meer re
cente tijd draagt tot dit laatste ook de ont
moeting bij met de telkenjare toenemende
stroom toeristen.
Samenvattend kan dus geconstateerd wor
den, dat er geen sprake van is, dat de Noord-
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
bevelanders zichzelf opsluitenof dat zij
door geografische barrières opgesloten wor
den. Het geografisch isolement verhinderde
hen niet om een vrij intensief contact met
niet-Noordbevelanders te onderhouden.
2. Een tweede misvatting, die vaak gesigna
leerd wordt en die nauw met de boven
staande samenhangt, is de veronderstelling
dat Noord-Beveland op grond van zijn
geïsoleerde ligging een „achtergebleven"
gebied zou zijn, dat nodig „verlost" en
„ontwikkeld" dient te worden.
De Noordbevelander protesteert met
klem tegen de hierboven gebezigde termi
nologie, die hij niet van toepassing acht
voor zijn eiland. Tal van aanwijzingen
duiden erop, dat hij gelijk heeft.
Het cultureel verenigingsleven is op Noord-
Beveland ten opzichte van vergelijkbare ge
bieden tot grote bloei gekomen. Het Departe
ment van het Nut van 't Algemeen voor
het eiland is bijzonder actief en verzorgde
reeds tal van grote culturele activiteiten, in
het bijzonder bijgewoond door belangstellen
den uit landbouwers- en middenstandskrin
gen. De landarbeiders, georganiseerd in het
N.V.V., treffen voorbereidingen om tot de
oprichting te komen van een eigen Arbeiders-
kunstkring. Ook buiten Noord-Beveland, met
name te Goes, bezoekt men culturele avonden
(schouwburg, theater, concertzaal).
De vele grote landbouwbedrijven op het
eiland lenen zich bijzonder goed voor mecha
nisatie; de bedrijfsvoering is zeer modern en
gerationaliseerd. Bijgevolg worden ook de ar
beidskrachten hoog gekwalificeerd, daar zij
een bepaalde vaardigheid en motorkennis be
zitten om te kunnen arbeiden met mechanische
landbouwwerktuigen.
De Noordbevelanders zijn in het algemeen
leergierig. Dit blijkt niet alleen uit de groeien
de belangstelling voor diverse instellingen
voor voortgezet onderwijs, maar ook bijv. uit
de uitstekend verzorgde privé-bibliotheken,
die men op sommige boerderijen kan aantref
fen en uit de wijze, waarop gebruik wordt
135