II Zeeuws Tijdschrift De bevrijding van Zeeland in 1944 NUMMER 1 9e JAARGANG 1959 door J. J. C. P. Wilson, Luitenant-Generaal b.d. HET is mij een voorrecht in dit tijdschrift op verzoek van de redactie een beschouwing te mogen wijden aan de bevrijding van Zeeland in 1944 naar aanleiding van R. W. Thompson's boek: "The eighty-five days", dat in 1957 is verschenen bij Hut chinson Co. Ltd. te Londen. Een voorrecht, want Zeeland is mij dierbaar. Reeds als jong officier verbleef ik in 1915 als chef van de zoeklichtdienst op Zuid-Beveland en Walcheren en in West Zeeuwsch-Vlaanderen; later, als leraar aan de Hogere Krijgsschool, bezocht ik op militair-aardrijkskundige reizen jaarlijks in de laatste meiweek (als de meidoorns bloeiden!) Uw provincie, waarvan geen dorp, polder, kreek of vliedberg mij onbekend is en vele malen lo geerden mijn vrouw en ik in de gastvrije woning van goede vrienden te Vlissingen. De aanleg van moderne autowegen heb ik met lede ogen aangezien en nu nóg zie ik het oude vertrouwde weggetje van Middelburg naar Koudekerke om Ter Hooge slingeren. Van 1940 tot 1942 heb ik het niet aangedurfd naar Walcheren te gaan en het geschonden Middelburg te zien en in krijgsgevangenschap heb ik veel gepiekerd over de vraag, waarom de „Zeeuwse tuin" aan de Noordzee moest worden prijsgegeven. Na 1945 ben ik van Oost-Souburg over Ritthem naar Rammekens „gewandeld" om over de nauwelijks gedichte dijk via de Schoone Waardinne naar Vlissingen terug te keren, daarna heb ik herhaaldelijk kunnen vaststellen, welke enorme energie de Zeeuwse bevolking op Beveland, Walcheren en Zeeuwsch-Vlaanderen ontwikkelde bij de we deropbouw uit de ontzettende chaos en ik moet U bekennen, dat ik al dat geploeter van jarenlang met diepe bewondering, maar tevens met deernis heb gadegeslagen, omdat de her wording van Walcheren onherroepelijk het oude, intieme karakter van het vroegere eiland tot historie maakt. Dat oude, intieme karak ter, waarvan de omgeving van Kleverskerke en van Schore, Kapelle, Biezelinge en Kloe- tinge nog herinneringen oproept. Het zal U, geachte lezers, na dit persoon lijke getuigenis, duidelijk zijn, dat ik mij kan indenken, dat de redactie mij schreef, dat „met name de vraag of de aan Zeeland toe- 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1959 | | pagina 1