n tni-4J$C» J' v tr- S vtént, V£m 4 4-z. mimr rn$ W&s* j/f jt.iptgst, ££fr 4 ,4 XfM^ b&-jw>4 ei# «Wftr W ;S^/ -fa/ "\f*t>idii ilttftW; Jïtfjf. "V l^mtrk-*&f£ :p>'i4z. ffnm'snH S&Stftzr 'giedir&i '~p. V*w* {af 3 $Atl i fj^t-rtt >Hrk - ?1A> ■m*% - te IpË 'H' HL ^A^AAL- - Ag,-PcCDAêè -Wï-4"-.-**!--*•••"£-'- -~ -- '~r4}f JiS-\ '7* zsftKaffit: «->• :r-.. ,S V *gN9N |lf< ■CV v:,tv V Wv-f JP ••.K sfefe* St" C*-' r Fig. 3. Vervolg van 2. Links ziet men de kronkelende Arne, die in 1535 werd afgedamd. In het midden de in de jaren 1532-1535 gegraven nieuwe haven van Middelburg. In het latere Sloe ziet men duidelijk de vele platen etc. Rechts ziet men het geïnundeerde Welzingepoldertje. het zij, het was een gebied, dat sterk aan wij zigingen onderhevig was. Zowel aan de zijde van Zuid-Beveland als aan die van Walcheren vond men schorren, die sterk aanslibden. Sint Joosland, een schor, genoemd in het laatste kwart van de 15e eeuw, is waarschijn lijk in de 14e eeuw als het Arnemuiderzand bedijkt geweest. Na 1402 wordt het niet meer vermeld, misschien ten onder gegaan in de Sint Elizabethsvloed van 1404. Stormvloeden hebben waarschijnlijk bij de vorming van het Sloe een grote rol gespeeld. De beruchte stormvloed van 5 november 1530 (Sint Felix Quade Saterdach) heeft het land van Borssele doen verdwijnen, dat eerst in 1616 is herdijkt. Pieter Wiltschut, een vesting- en waterbouw kundige uit de 18e eeuw wijt aan deze vloed de talrijke veranderingen in de Zeeuwse stro men, doorwerkend tot in zijn tijd. We moeten nog eenmaal terug naar de middeleeuwen om te wijzen op de oorkonde van 1395, waarin graaf Albrecht van Beieren alle gronden en eventuele aanwassen tussen Walcheren, Borssele en Zuid-Beveland aan de heren van 's-Heer Arendskerke schonk. Op grond van deze belangrijke oorkonde heeft de heerlijkheid 's-Heer Arendskerke in de loop van de tijd een zeer belangrijke gebiedsuit breiding gehad, begonnen in 1547, maar voor al in de gouden eeuw. HET is ons niet mogelijk in dit bestek alle indijkingen uitvoerig te behandelen. Wij willen daarom de bedijking van de Nieuwe Kraayertpolder, de grootste polder in dit gebied na de Borsselepolder van 1616, tot voorbeeld nemen. Temeer ook omdat hier voor de volledige stukken tot onze beschik- 137

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1959 | | pagina 17