No. 6 ZEEUWS T IJ D S C H R 1 F T geweert stormen, tempeesten ende quaet- weder". Het toezicht werd uitgevoerd door Simon Claus („ingeniaire") benevens Jan Simonsse van der Vere, die de aannemers op dracht gaven, dat ieder van hen voor „vijf- tich oft ten minsten veertich persoonen" moest zorg dragen. Het uitbetalen der lonen ging echter niet altijd even vlot. Op 24 juli 1588 werd door de commies Francois de Vos aan gecommitteerde raden medegedeeld, dat hij zich tot de rentmeester Walraven had ge wend om van hem 100 vis 600, te ontvangen „tot betalinge van de werck- lieden", omdat het hem niet mogelijk was deze te betalen. Hij schrijft verder: „Uw E. mach nu consider er en hoe dat ick hier met de wercklieden die met groote hoopen nu voor mij duere staen) de sen dach sal connen maken, daertoe hebbende vijftich ponden grooten, doch sal in alles mijn uterste debuoir doen." Verder vraagt hij of de werklieden op de zelfde voet kunnen blijven doorwerken, of dat het werk dient te worden stopgezet. Eind augustus werd Govaert Govaertsse, commies van de Oostwatering met Daniel Jansse, tim merman, naar het fort gezonden om de aan nemers te verzoeken „zo delen als pypega- len" 3) die voor het werk niet meer nodig zijn naar Veere te brengen. Kapitein Barendrecht, aldaar garnizoen houdende, weigerde dit ma teriaal uit handen te geven omdat hij deze „nootelijks van de doene hadde". Verder zeg gen gecommitteerde raden in een brief aan de commies Francois de Vos, het „raetsaem te vinden de wercken van den Haeck te stae- cken" en tevens verzoeken zij de rekening klaar te maken (26 oktober 1588). Wij menen uit een en ander de conclusie te mogen trek ken, dat het werk nagenoeg gereed was. VAN een garnizoen op het fort was reeds eerder sprake, want 23 mei werd aan de kapiteinen Dorp en Berendrecht „gar- nisoen houdende opt fort van de Haeck" een I f. Duinen Vrouwenpolder door J. Verschuere, 1683. (Alg. Rijksarchief, inv. Hingman no. 2873). waarschuwing gericht, dat zij aan de soldaten niet meer voedsel mochten verstrekken dan voorgeschreven was, daar anders het teveel van hun traktement zou worden afgetrokken. 4 juni d.a.v. kregen bovengenoemde heren wederom van de gecommitteerde raden een vermaning, omdat er bier in het fort was op geslagen, gesleten en gedronken onder de sol daten „ende schuyers" 4), zonder impost te betalen. De magistraat van Middelburg be klaagde zich 27 augustus tegen het gevangen houden van een burger op het fort. Volgens Ermerins moet het fort spoedig in verval zijn geraakt, want in 1604 werd be sloten aldaar een huis te bouwen, om er soldaten te verplegen die „met de peste be zwaard zijn". Meestal, wanneer ons land in oorlogsgevaar verkeerde, werden de verwaarloosde verster kingen met bekwame spoed hersteld. Dit ge beurde ook in de eerste Engelse oorlog toen de gecommitteerde raden een en ander kwa men inspecteren en opdracht gaven de nodige 3) Kruiwagens. 4) Dijkwerkers. 1 6 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1959 | | pagina 9