No. X ZEEUWS TIJDSCHRIFT vincie Zeeland zijn gelegen. Dat er op de gro tere bedrijven voor een begin of uitbreiding in deze richting weinig animo bestaat vindt in deze factor zeker één van zijn oorzaken. Aan genomen dat op grond van de gunstige pro- duktieomstandigheden ook op de grotere be drijven uitbreiding van de tuinbouw wenselijk en waarschijnlijk is, dreigt het arbeidsaanbod kwantitatief en kwalitatief een belangrijk knelpunt te gaan vormen. Maatregelen. HET is van groot belang, dat dit tijdig wordt onderkend en dat overwogen wordt welke maatregelen hiertegen mogelijk zijn. Onder deze maatregelen lijken de volgende een belangrijke plaats te kunnen innemen. 1. Het beroep tuinarbeider moet zo aan genaam mogelijk gemaakt worden in het bijzonder wat betreft de beloning, de arbeidsvoorwaarden en de huisves ting. Over het algemeen mankeert het hieraan niet, behalve misschien op het stuk van de woningen, waaraan de tuinders weinig kunnen doen. Voldoen de woningtoewijzing aan het platteland is nodig. 2. Belangrijker is, dat de landarbeiders gaan beseffen welke toekomstmogelijk heden er zijn, dus dat zij het beroep tuinarbeider leren kennen en leren in zien welke vakbekwaamheidseisen wor den gesteld. Dit geldt ook voor de land bouw. Hier ligt een belangrijke taak voor de vakverenigingen van de land arbeiders, die op dit terrein voorlich ting kunnen geven. 3. Er dienen natuurlijk voldoende oplei dingsmogelijkheden te bestaan. Op het ogenblik zijn er alleen op Schouwen- Duiveland en Zuid-Beveland lagere tuinbouwscholen. Deze dienen ook in de andere gebieden te worden opgericht, zo mogelijk in combinatie met een al bestaande lagere landbouwschool. Dit zal het schoolbezoek, ook van aanstaan de tuinders, stimuleren en dit kan ook van belang zijn om de voor het voort bestaan der scholen gestelde leerlingen- norm te bereiken. De combinatie heeft bovendien het voordeel, dat geen onno dige specialisatie wordt doorgevoerd en ook voor het landbouwbedrijf en het ge mengde land en tuinbouwbedrijf ar beidskrachten worden opgeleid. Ook het aantal vakscholen is voor uitbrei ding vatbaar; er zijn er nu in Zeeland drie, nl. te Wemeldinge en Philippine voor de fruitteelt en te Middelburg voor de groenteteelt. Indien deze drie punten te verwezenlijken zouden zijn is een belangrijke stap in de goede richting gezet. Het zal zeker niet zo zijn, dat de tuinbouw overal de grond uit vliegt (in letterlijke zin), wat met de al genoemde fac toren een reden is om het luiden van de alarm klok nog even achterwege te laten. Maar dat er zowel ten behoeve van de landbouw als nog meer om de mogelijkheid van tuinbouw- ontwikkeling aanwezig te houden iets moet worden gedaan om voldoende vakbekwame arbeidskrachten te behouden is zeker. Hoewel de voorlichting voor de landarbeiders een zeer te waarderen initiatief betekent, gaat het in de eerste plaats om de jeugd. Het is noodza kelijk en hopelijk mogelijk belangstelling van de jeugd voor het beroep van land- en tuin arbeider te blijven trekken. Ten slotte zij vermeld, dat dit artikel ge baseerd is op gegevens en op gissingen; de laatste zijn mede ontstaan door wat een hier en daar te luisteren gelegd oor wist op te van gen. Een gissing blijft echter onzeker. Betui gingen van gelijke of andere mening zijn mij dan ook zeer welkom. 17

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1960 | | pagina 17