Zeeuws Tijdschrift De aannemer Dirk Dronkeen het drama van de Zeeuws-Limburgse spoorweg N U M M E R 4 10e JAARGANG I960 door M. P. de Bruin OP 21 mei 1824 verzond de hoofdingenieur van de Water staat in Zeeuwsch-Vlaanderen de ontslagbrief van de op zichter Dirk Dronkers met de volgende opmerking: „D. Dronkers van zijne jongelingsjaren af, nu gedurende acht jaren aanhoudend onder mijne orders gediend hebbende, heeft daarbij ondervindingen en kundigheden opgedaan die hem tot een geschikt opzigter bij de uitvoering van allerlei zeewerken gemaakt hebben, dan de opzigtersbezoldiging te gering zijnde om zijne familie in de door hem begeerde stand te onderhouden en zoo als hij er mondeling heeft bijgevoegd, zijn fortuin verder als aannemer willende beproeven, verzocht hij zoodra mogelijk van zijne betrekking als opzigter eervol ontslagen te worden". DE jeugdige opzichter hij werd 7 april 1801 te Axel geboren als zoon van Cent Vincent) Pieter Dronkers en Johanna van Dikshoorn ging dus over tot een nieuwe staat des levens, het aannemers schap. Deze verandering in zijn carrière hebben we te zoeken in zijn huwelijk. Op 4 december 1822 werd hij te Hoofdplaat in de echt ver bonden met Julia Philippina du Bosch, doch ter van de heer Johannes Franciscus du Bosch, proprietaris, en mejuffrouw Christina Pieter- nella de Clercq, woonachtig te Sas van Gent. Dit „heer en „mejuffrouw" in de huwelijks- acte zijn kenmerkend voor de sociale positie, want men vindt deze aanduiding niet voor de ouders van de bruidegom. Met proprietaris wordt hier grondeigenaar bedoeld. Als de vader van de bruid op 21 januari 1830 over lijdt, laat hij meer dan 100 bunder land na met o.a. nog een herberg „De Bellevue" op de Westkade te Sas van Gent. Dronkers kwam dus in een gegoed milieu en de 60,die hij per maand als opzichter verdiende, waar uit ook nog reis- en verblijfkosten moesten bestreden worden, waren ontoereikend „om zijne familie in de door hem begeerde stand te onderhouden". Het ontslag werd hem met ingang van 1 juni 1824 eervol verleend. We zullen de plank niet ver misslaan, wanneer we aan nemen dat zijn schoonvader hem financieel te paard heeft geholpen. Maar de jonge man, 8 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1960 | | pagina 1