No. 5
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
daad kunnen leiden tot een aansluiting van
sommige streken bij België. In het westen
echter hebben die tegenstellingen nergens ern
stige vormen aangenomen, al was de houding
van heel wat protestanten hier agressief.
Na deze uiteenzetting meen ik dat we beter
zullen begrijpen wat de achtergrond is van
heel wat gebeurtenissen in Zeeuwsch-Vlaan-
deren. Nemen we nu ons verhaal weer op
waar we gebleven waren.
HIER en daar waren eind augustus wel
enige symptomen van ontevredenheid
te bespeuren. Zo waren te Maldegem
(provincie Oost-Vlaanderen) briefjes ver
spreid met: „Weg ontvanger" er op, voorzien
van een doodshoofd. En ook centen waren in
omloop gebracht, die met een afbeeldsel van
een pistool waren doorgeslagen. Maar meer
viel er toch niet te rapporteren, schrijft de
gouverneur de 2de september. Uit een rapport
van 9 september van de burgemeester van
IJzendijke leren we hoe daar, na aanschrijven
van de districtscommissaris, evenals in andere
plaatsen een nachtwacht was opgericht, maar
die eigenlijk nog geen dienst had gedaan. Een
gedeelte van de bevolking was tegen de ge
beurtenissen, maar „een ander gedeelte ver
klaart zich niet". De nachtwacht werd weer
afgeschaft omdat alles rustig was. In het licht
van latere rapporten weten we dat de burge
meester hier zinspeelt op een protestant-
katholieke tegenstelling. We zullen hier verder
meer over zeggen waardoor de situatie in
IJzendijke ons wel heel duidelijk wordt.
Voor die tegenstellingen tussen „roomschen
en onroomschen" was de gouverneur in zijn
rapport van de 2de september ook bevreesd,
maar hij meende toen dat het toch geen ern-
Waar het op uitliep in 1831. „Het innemen der Kapitale
Dam" bezuiden Biervliet door de Nederlanders op 2 augustus.
(Verzameling Zeeuwsch Genootschap
121