No. 1 ZEEUWS TIJDSCHRIFT niet opgaat. Hoewel dit verwijt niet recht vaardig zou zijn onder de Duitse omroep- instituten die twee radioprogramma's verzor gen zijn er met een verzorgingsgebied waar van het aantal inwoners kleiner is dan dat van Nederland is het nuttig om ook even naar twee andere kleine landen in Europa te kijken. Dat Zwitserland en België met één radio programma niet kunnen volstaan is logisch, omdat in elk van beide landen meer dan één taal wordt gesproken. In het Duits sprekende deel van Zwitserland echter beschikken zowel Bazel als Zurich over grote, goed geoutilleerde radiostudio's, die elk eigen uitzendingen ver zorgen. („eigen" ook naar karakter). De B.R.T. (Belgische radio- en televisie) kent be halve een Nederlands en een Frans hoofd programma, de Vlaamse gewestelijke uitzen dingen (de gehele dag) en Waalse gewestelijke uitzendingen voor de provincies Namen en Luik. De betekenis van regionale radio- en televi sie-uitzendingen voor Nederland behoeft, meen ik, niet nog eens ampel geadstrueerd te wor den. Voor het eigen culturele en sociale, maar ook voor het politieke leven in de onderschei dene regiones zijn zij vrijwel onmisbaar. Een voudige, redelijk geoutilleerde regionale radio studio's behoeven niet zo veel te kosten als men wel denkt (of vreest). De voltooiing van het dubbele fm-net heeft voor alle delen van het land in principe de mogelijkheid tot regio nale radio-uitzendingen geopend. Het is niet onmogelijk staatssecretaris Scholten heeft de Kamer beloofd, dat de zaak in studie zal worden genomen dat er te zijner tijd nog een derde fm-net gebouwd zal worden. Dit zou in de avonduren, van 9 tot 12 bijvoor beeld, dienstbaar moeten worden gemaakt aan een (nationaal) derde programma, in de trant van het Third Programme van de B.B.C. In de vooravond zou dit net, al dan niet in com binatie met beide andere, voor regionale uit zendingen beschikbaar kunnen zijn. Voor de televisie valt te denken de sug gestie is door Erik de Vries geopperd op het in september 1959 te Amersfoort gehouden congres over communicatiemiddelen en regio nale cultuur van het Nationaal overleg ge westelijke cultuur aan eenvoudige combi naties van kleine studio's en reportagewagens. De reportagewagens zouden, in de studio ruimte gereden, dienst kunnen doen als regie- en controleruimte; verder zouden zij beschik baar zijn voor het eigenlijke reportagewerk in de regiones. Regionale programma's in de vooravond, uit te zenden via de reeds be staande zenders in de onderscheidene streken, zijn ook hier technisch mogelijk. Voor de ge westelijke culturele activiteiten kunnen zij van grote betekenis zijn, juist doordat het mogelijk is de gewestelijke omstandigheden en mogelijk heden als uitgangspunt te nemen. Verder valt te denken aan informatieve en instructieve uit zendingen: provinciale en gemeentelijke poli tiek, industrialisatievraagstukken, landbouw voorlichting enzovoorts. Ik stel me voor dat van regionale omroepen die tevens produktiecentra zijn ook op de „nationale" radio- en televisieprogramma's een gunstige invloed zal uitgaan. Zij zouden documentaires, wellicht ook zo nu en dan ontspanningsprogramma's en (voor de radio) muziekprogramma's kunnen bijdragen stel lig zouden zij het hunne kunnen doen om het blikveld van „Hilversum" te verwijden. Dit is toekomstmuziek, ik ben me ervan bewust. Maar mits de wil er is en de behoefte duide lijke vorm krijgt, zullen de organisatorische en financiële bezwaren niet onoverkomelijk blij ken te zijn. Pye, de grote Britse elektronische industrie, heeft allereerst ten behoeve van de commerciële radio-omroep weliswaar, maar dat doet er niet toe onlangs het prototype op de markt gebracht van een geprefabriceerde regionale studio, die compleet met technische uitrusting, slechts 15.000 zou kosten. Voor regionale omroepdiensten, die een programma van enkele uren per week ver zorgen, zal met betrekkelijk kleine vaste per- soneelskernen kunnen worden volstaan. Er zal ruimschoots gebruik gemaakt kunnen worden van het in de regiones aanwezige talent en intellect. Aansluiting kan worden gezocht bij 17

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1961 | | pagina 17