ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 1
sinds 1885 op voorstel van Domela Nieuwen-
huis „Bond voor Algemeen Kies- en Stem
recht" noemde. Wel niet alle, maar toch de
meeste oprichters en leden waren socialist.
Voorzitter van de Middelburgse afdeling, die
in 1885 in het leven werd geroepen, werd P.
A. Janssen.
EEN meteoorachtige verschijning in de nog
zo prille socialistische beweging van de
jaren tachtig was Peter Arnoldus Jans
sen (1835-1916), Pa Janssen zoals hij naar
zijn voorletters in Middelburg, waar hij tot
1912 is blijven wonen, genoemd placht te
worden. Oudere Middelburgers zullen zich
deze martiale figuur hij was oud-kapitein
der infanterie ongetwijfeld nog herinneren.
Hij was er in 1873 directeur van de gevangenis
geworden, maar in 1881 oneervol ontslagen
wegens het aanwenden van rijksgoederen ten
eigen bate. Janssen achtte zich onschuldig,
schreef een brochure om zich te verdedigen,
voorzag voortaan als agent van verzekerings
maatschappijen, als leverancier van wijnen en
gedistilleerd en als vertegenwoordiger van de
„Stoomvaartdienst van Londen op Zuid-Afri-
ka" in het onderhoud van zijn gezin, en stortte
zich bovendien op nogal onstuimige wijze in
het socialisme. Zijn activiteit beperkte zich
niet tot Middelburg en zelfs niet tot Zeeland;
niet alleen schreef hij geregeld in „Recht voor
Allen", maar ook vervulde hij in de jaren 1886
en 1887 voor allerlei socialistische of semi-
socialistische verenigingen spreekbeurten. Zijn
kracht lag in de grappen die hij verkocht.
„Grooter klown dan deze heer Janssen",
schrijft Vliegen, „heeft zeker nooit op een pu
blieke tribune gestaan." Voor de afdelingen
van de „Nederlandse Schildersbond" sprak hij
over: „Schilderen en vernissen met de politieke
kwast", voor die van de „Nederlandse Tim-
merliedenbond over: „Het daarstellen en ver
maken van politieke en andere bruggen", voor
die van de „Gravers- en Baggerliedenvereni-
gingen" over: „Het graven en baggeren naar
der socialisten wijze", en overal stroomden de
mensen samen om zijn grollen te horen, zodat
hij wel voor meer dan duizend toehoorders
optrad. Zijn lezingen werden een publieke
vermakelijkheid, die de organiserende vereni
gingen, dank zij het dubbeltje entree dat ze
hieven, aardig wat in het laatje bracht, on
danks het honorarium dat Janssen eiste. Maar
al spoedig kwam er verzet; de socialisten na
men het hem kwalijk dat hij tegelijk gedichten
schreef op Domela Nieuwenhuis' verblijf in de
cel en op koning Willem III en koningin
Emma, terwijl anderen er aanstoot aan namen
dat hij zich in advertenties in „Recht voor
Allen" aanbeval voor de levering van wijnen,
cognac, rum en andere spiritualiën. Het socia
lisme was destijds nog puriteins. Janssen
schreef opnieuw een brochure en deelde in
„Recht voor Allen" van 21 september 1887
mee dat hij afzag van verdere medewerking tot
oplossing van de sociale kwestie. Daarmee was
zijn even geruchtmakende als kortstondige rol
in de socialistische beweging uitgespeeld.
In het voorjaar van 1887 stelde de Middel
burgse afdeling van de „Bond voor Algemeen
Kies- en Stemrecht" een Zeeuwse Propaganda-
club in, met het doel door het verspreiden van
brochures en het houden van vergaderingen
propaganda te voeren voor het algemeen kies-
en stemrecht. Er ontstonden dank zij deze ac
tiviteit afdelingen in Vlissingen, Arnemuiden,
Nieuw- en Sint Joosland, Zierikzee en Ter-
neuzen. Een groot man in deze club was Fran-
ciscus Petrus Oudens (1855-1920), die in Mid
delburg uit een R.K. gezin geboren was en van
1885 tot 1893 als stationschef in Arnemuiden
fungeerde. Hij hield overal, ook buiten Zee
land, lezingen over het algemeen kiesrecht en
schreef één van de brochures die de Propa-
gandaclub uitgaf. Oudens nam tijdens zijn
verblijf in Arnemuiden, in 1889, het initiatief
tot de oprichting van de Spoorwegvereniging,
de landelijke organisatie van de spoorweg
arbeiders. Ofschoon hij niet of nauwelijks had
deelgenomen aan de spoorwegstakingen van
1903 hij had toen een ondergeschikte be
trekking in Rozendaal (N.-Br.) werd hij
toch, na 27 dienstjaren, door de directie van
de Spoorwegen op staande voet ontslagen,
26