ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 1
Er waren vaste rubrieken aan de drankbestrij
ding en de strijd tegen het militairisme gewijd.
In april 1903 zag Mullié zich door droevige
familieomstandigheden gedwongen het redac
teurschap neer te leggen; ziekte en sterfge
vallen in zijn gezin maakten dat hij „niet al
tijd die noodige helderheid en frischheid van
geest (bezat), welke voor een socialistisch
schrijver noodig zijn, om met succes te kun
nen schrijven en strijden". Met ingang van de
3de jaargang (1903-1904) werd J. A. Berg-
meijer uit Dordrecht redacteur. Van jaargang
4 (1904-1905) af verscheen het blad onder
redactie van mr. G. W. Sannes.
Naast Mullié zaten in het eerste bestuur van
de Middelburgse afdeling M. Baijens, bakkers
knecht, die secretaris en de letterzetter D.
Bimmel, die penningmeester werd. Baijens
stierf al in 1903, nog maar 28 jaar oud. Op
het congres van de S.D.A.P., enkele weken na
zijn dood, herdacht de voorzitter Henri Po
lak hem als „een van dat groote leger van
onbekenden, die het zware werk doen, en
waaraan onze partij haar vooruitgang heeft
te danken". De typograaf C. van der Weel,
die de administratie van „De Baanbreker"
voerde, volgde hem als secretaris op. Van der
Weel behoorde tot de oprichters van de af
deling; hij werd later administrateur van de
coöperatieve vereniging „De Broederband" en
nog later lid van de Middelburgse gemeente
raad. Helemaal tegen het eind van de eeuw
sloten zich eerst Louwerens en even later
zijn aanvankelijk anarchistisch gezinde broer
Jan Onderdijk bij de afdeling aan. Beiden
waren destijds meubelmakersknecht. Louwe
rens werd in 1902 penningmeester; zijn broer
Jan in 1904 secretaris van de „Middelburgse
Bestuurdersbond". Beiden zouden in later ja
ren een belangrijke plaats innemen in de socia
listische beweging in Zeeland. Mullié bleef on
danks zijn huiselijke zorgen tot 1905 voor
zitter, maar stelde zich toen niet meer her
kiesbaar. Hij begon later zelf een graan- en
meelhandel, maar ook in zijn zaken liep het
hem niet mee. Deze enthousiaste en intelli
gente strijder voor het socialisme is, hoewel
Mr. G. W. Sannes.
hij de tweede Wereldoorlog nog heeft over
leefd, in het partijleven nooit meer op de
voorgrond gekomen. Bimmel volgde hem op
als voorzitter. Tegelijk met hem kwamen de
eerste vrouwen in het bestuur van de afdeling:
Bertha Ogterop en Betsy Sannes-Sannes en
met hen ook de eersten uit een hogere laag
van de maatschappij dan waaruit de bestuurs
leden tot dusver gerecruteerd waren.
F. M. Wibaut.
VAN grote betekenis voor de jonge afde
ling, die aanvankelijk uitsluitend uit ar
beiders bestond, was de toetreding van
de Wibauts, in 1897. Florentius Marinus Wi
baut (1859-1936), zoon van een Vlissings
koopman en thuis en op school in het Rooms-
Katholieke geloof opgevoed, was als jongen
van zeventien jaar in dienst gekomen bij de
30