w
1
7
No. 1
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
buiten onze landsgrenzen. Zij behoorden tot
onze voornaamste ambassadeurs te Milaan en
Kopenhagen in de twintiger jaren. Het is niet
alleen daarom, dat wij U er iets van wilden
vertellen, doch vooral ook, omdat we de
Zeeuwse trekpaardfokkerij gerust op één lijn
mogen stellen met zo vele andere bekende
Zeeuwse specialiteiten.
Terwille van de lokale sfeer nemen wij U
even mee naar het "West Zeeuwsch-Vlaamse
stadje IJzendijke, een welvarende plattelands
gemeente, gelegen op ruim een boogschot af
stand van de Belgische grens. Een grens, die
grotendeels gevormd wordt door de z.g. „vrije
dijk". Een benaming uit het verre verleden die
aanduidt, dat men deze dijk wel mag betreden
doch niet overschrijden. Met dit laatste heeft
men het echter nooit zó nauw genomen, daar
in die vriendelijke contreien. Geen walm uit
zwartberookte fabrieksschoorstenen gooit er
roet in het eten. De industrialisatie is nog niet
Begeleid door Leon (1.) en Frans de Dobbelaere (r.J
maakt Successeur K. 2457 in 1958 zijn ere-ronde als
Nationaal Kampioen.
zo ver doorgedrongen. Een bloeiende vlasnij
verheid en wat lichte industrietjes zijn nog niet
bij machte er de pastorale rust te verstoren.
Een soort achtergebleven gebied dus? Verre
van dat. "Wij zouden ons met deze uitspraak
niet graag de gramschap van burgemeester
Ficq op de hals halen, die, hoewel nog slechts
luttele jaren eerste burger van zijn gemeente,
door zijn bruisende activiteit de genegenheid
heeft gewonnen van zijn medeburgers. Een
bloeiende plaats dus, dat IJzendijke. En duidt
de na-oorlogse benaming „Klein-Parijs" ten
slotte niet op een zekere tintelende werkzaam
heid? Zij, die hierachter enige pikanterie zou
den zoeken moet ik evenwel teleurstellen.
Geen miniatuur-Eifeltoren zult ge er vinden.
Evenmin het klatergoud van het Parijse ver
maakscentrum „Place Pigalle". „Wat dan
wel?", zult ge vragen. Welnu, vele zaken die
een reisje erheen ten volle rechtvaardigen,
zo ge U tenminste ergens verbonden voelt met
de rijke Zeeuwse klei en de mensen die deze
tot Zeelands welvaart bewerken. Maar zeker
zult U er de beste fokpaarden uit Nederland
kunnen ontdekken en zal men U gaarne de
weg wijzen naar de fokstallen van de familie
de Dobbelaere.
MEN zal U een paar kilometer in de rich
ting van de Belgische grens sturen en
dan zult U het zelf wel zien. Een
ruime, na de oorlog nieuw opgebouwde boer
derij met een helderwit gerestaureerd woon
huis. Op Uw bellen zult U worden ontvangen
door de charmante echtgenote van de huidige
bewoner, de heer Frans de Dobbelaere. Zij zal
U binnennoden en een verversing aanbieden,
doch in 9 van de 10 gevallen vertellen dat
haar man ergens op het land is. Dan heeft U
dus een beetje pech gehad. Want waar is deze
zo gauw te vinden op die vruchtbare uitge
strektheid van 160 ha?
U hoeft echter geen pech te hebben, want
hoogstwaarschijnlijk zal mevrouw de Dobbe
laere U vragen of U zich met papa kunt ver
staan. En als dat het geval is, dan zult U
spoedig kennis hebben gemaakt met de immer