H Zeeuws Tijdschrift
Enkele aspecten uit de wordingsgeschiedenis
van Schouwen-Duiveland en Tholen
NUMMER 2 lie JAARGANG 1961
Dr. ir. S. F. Kuipers.
REEDS eerder is in dit tijdschrift over de wordingsgeschie
denis van een deel van Zeeland geschreven, namelijk van
Walcheren x). In wezen verschilt de bodemgesteldheid van
Schouwen-Duiveland en Tholen niet veel van die van de andere
gebieden. Om deze reden zal in het volgende niet schematisch het
ontstaan van Zeeland be-oosten de Schelde behandeld worden. We
zullen slechts enkele typische aspecten hiervan aan de orde stellen,
die elders niet zo duidelijk beschreven zijn. Voor degenen, die meer
van dit gebied willen weten, wordt verwezen naar een uitvoerige
publikatie hierover van schrijver dezes 2).
De „oude zeeklei"
van de polder Schouwen.
REEDS bij een vluchtige bodemkundige
verkenning blijkt, dat in het lage cen
trum van de polder Schouwen, het
Prunjegebied, de z.g. oude blauwe zeeklei zeer
ondiep onder het maaiveld voorkomt en hier
en daar zelfs gedeeltelijk aan de oppervlakte
ligt. Vóór de herverkaveling waren in het
toen nog geheel uit grasland bestaande gebied
zelfs de kreekjes uit dit oude zeeklei-landschap
op vele percelen zichtbaar (zie figuur 1 en 2).
Deze oude zeeklei is een zeer oude kwelder-
en wadafzetting, daterend uit het Atlanticum
(5000-2000 jaar v. Chr.). Op de meeste
plaatsen in Zeeland en Holland is dit sediment
overdekt door veen, ontstaan tussen 2000-300
jaar v. Chr. en nog later, en vervolgens door
jonge zeeklei (na 300 jaar v. Chr. tot heden).
In figuur 3 is deze opvolging van lagen goed
te zien.
Ook in de polder Schouwen is op de meeste
plaats nog wel iets veen en jonge zeeklei op
de oude zeeklei aanwezig. Deze lagen zijn
echter zeer dun, waardoor de oude zeeklei
reeds zeer ondiep in het profiel voorkomt.
Aangezien dit over het algemeen klei van een
goede kwaliteit is, is dit type poelgronden, al
thans bij goede ontwatering, landbouwkundig
van betere kwaliteit dan die, waarbij een
dikke laag jonge zware zeeklei op een dik
pakket veen ligt en de oude zeeklei dus diep
weg zit.
Hoe is nu deze ondiepe ligging van de oude
zeeklei in de polder Schouwen te verklaren?
In de eerste plaats is een deel van de veen
laag hier weggegraven in het kader van de
moernering. Verder is, vooral in het lage
65