ZEEUWS TIJDSCHRIFT No. 3 Sas van Gent: industriekern in volle ontwikkeling. Foto KLM Acrocarto N.V. heden, die in de Deltawerken al besloten lig gen." Bracht deze „voortgezette verbetering van de ruimtelijke mogelijkheden" reeds een essentiële wijziging in de structuur van de provincie? Zijn er reële mogelijkheden of moeten wij ons voorshands beperken tot een dromen over het Sloeproject, gebaseerd op het re servoir van arbeidskrachten uit Borssele, Nieuwdorp of Ritthem en bekroond door het provincialistisch ideaal van de Zeeuwse dubbelstad Middelburg-Vlissingen. Evenwel de mogelijkheden zijn er stellig en zij zijn bijzonder fascinerend. Reeds in april 1957 wees dr. J. Winsemius, hoofd van de afdeling Industriële Zaken van de Rijksdienst voor het Nationale Plan (lite ratuur 4, pag. 33), op de verschuivingen welke optreden bij de vestiging van de zware in dustrie, met name op de te verwachten con centratie hiervan aan onze zeekust. In november 1959, dringen de werkgevers organisaties in de reeds genoemde nota (litera tuur 3, pag. 10), ten behoeve van een beter industrieel klimaat buiten de Randstad aan op positieve maatregelen van de overheid o.a. op het gebied van de aanleg en verbetering van auto- en waterwegen en op een voldoend aantal verbindingen met het buitenland. Mochten deze uitspraken nog onvoldoende duidelijk zijn, dan laat ons de nota: „Ruimte lijke ordening" niet langer in het ongewisse, waar zij stelt: „Voorts zal na de onlangs verkregen over eenstemming met België over de verdeling van de kosten een begin worden gemaakt met de eveneens omvangrijke werken tot verbete ring van het kanaal GentTerneuzen. De kanaalzone in Zeeuwsch-Vlaanderen zal hier- 98

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1961 | | pagina 2