Zeeuws prentenboek
No. 5
62.
Dit is de dorpskern van het Duivelandse
Nieuwerkerk tegen het eind van de eerste
wereldoorlog.
Nadat een verdwaald vliegtuig van de Brit
se luchtmacht bommen had laten vallen op
Zierikzee (zie jaargang 10, no. 6), brachten
de Nieuwerkerkers een rood-wit-blauwe band
om de torenspits aan, bij wijze van attentie-
sein.
Aan de voet van de zeskante reus stond
de openbare lagere school, rechts daarvan rees
de kerk. Vóór deze lag de bewaarschool.
De toren, een bouwwerk uit het laatst van
de vijftiende eeuw, werd in 1945 door de
Duitsers opgeblazen. Deze barbarij kostte de
aangrenzende school twee lokalen. Ten ge
volge van de februari-ramp in 1953 verdween
het restant, samen met de muziektent en het
kleuterschooltje. Alleen de kerk bleef behou
den.
63.
Een foto uit de prille jeugd van het fanfare
korps „Oefening en Uitspanning" eveneens in
Nieuwerkerk. Het korps viert deze maand
zijn zestigste verjaardag. De kleinste man van
het gezelschap vol zelfvertrouwen, het
hoedje scheef op de haren is de heer Jac.
Heijboer, nu reeds jaren directeur van „de
muziek". Bij het vijftigjarig bestaan, in 1951
dus, werd de heer Heijboer met andere wer
kende leden van „Oefening en Uitspanning"
koninklijk onderscheiden.
64. 65 en 66.
In de morgen van 11 september 1903 raasde
een vehemente storm over Zeeland. Op de
Londense en de Rouaanse kade te Middel
burg, op het Molenwater, de Groenmarkt,
in de Seislaagte en in Klein Vlaanderen wer
den bomen omvergeblazen. De „Middelburg-