No. 5
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
geven van de pre-Romeinse inbraak in het
centrale Zeeuwse gebied. Op een aantal punten
is een redelijke datering van de afzetting mo
gelijk. Het bewijs, dat de zee-inbraak inder
daad een Scheldeloop heeft gevolgd, is niet
geleverd al zijn er zekere gegevens die daarop
wijzen. Een nader onderzoek van het milieu
is hiervoor noodzakelijk.
De reconstructie geeft tevens een oplossing
voor een aantal problemen over de richting
van de afzettingen uit de pre-Romeinse en de
volgende transgressieperiode, welke het ge
sloten of onbetekenend zijn van de Honte in
die periode toelaten. Dit moet immers, gezien
de situatie aan de zuidkust van Walcheren,
wel het geval zijn geweest. De aanwezigheid
van een oude Scheldeloop in het oostelijke
deel van de Westerschelde is evenwel aan
vaardbaar.
Literatuur.
Bakker, G. de (1950): De bodemgesteldheid van
enkele Zuid-Bevelandse polders en hun geschiktheid
voor de fruitteelt. Diss. Wageningen. Versl. Landbouw
kundig Onderz. 56.14. Serie: De bodemkartering van
Nederland 6, 's-Gravenhage.
Beekman, A. A. (1921): Zeeland in 1300 (Tekst bij
kaart V, 3 van de Geschiedk. Atlas van Ned.), 's-Gra
venhage.
Beekman, A. A. (1932): Nederland als polderland.
3e dr., Zutphen.
Belpaire, A. (1856): De la Plaine maritime, depuis
Boulogne jusqu'au Danmark. Anvers.
Bennema, J. en K. van der Meer (1952): De bodem
kartering van Walcheren. Versl. Landbouwk. Onderz.
58.4. Serie: De bodemkartering van Nederland 12.
's-Gravenhage.
Edelman, C. H. (1953): De sub-atlantische trans
gressie langs de Nederlandse kust. Geologie en Mijnb.
15, pag. 351-364.
Feen, P. J. van der (1927): Aanteekeningen bij Neha-
lennia-literatuur. Archief uitg. Zeeuwsch Gen. 1-16.
Feen, P. J. van der (1952): Geschiedenis van de be
woning van Walcheren tot 1250. In Bennema en Van
der Meer: De bodemkartering van Walcheren. Versl.
Landbouwk. Onderz. 58.4. Serie: De bodemkartering
van Nederland 12, pag. 147-160. 's-Gravenhage.
Hettema, H (1959): De Nederlandse wateren en
plaatsen in de Romeinse tijd. 2e dr. 's-Gravenhage.
Kuipers, S. F. (1960): Een bijdrage tot de kennis
van de bodem van Schouwen-Duiveland en Tholen
naar de toestand vóór 1953. Diss. Wageningen. Versl.
Landbouwk. Onderz. 65.7. Serie: De bodemkartering
van Nederland 19. Wageningen.
Liere, W. J. van (1948): De bodemgesteldheid van
het Westland. Diss. Wageningen. Versl. Landbouwk.
Onderz. 54.6. Serie: De bodemkartering van Neder
land 2. 's-Gravenhage.
Meer, K. van der, Ovaa, I. en de Buck J. (1952):
De bodemgesteldheid van de Breede Watering bewesten
Yerseke. Stichting voor Bodemkartering, rapport no.
292.
Ovaa, I. (1959): De bodemgesteldheid van de Bors-
selepolder, de Koningspolder en de Van Citterspolder.
Stichting voor Bodemkartering, rapport no. 502.
Pannekoek, A. J. e.a. (1956): Geologische Geschie
denis van Nederland; toelichting bij de geologische
overzichtskaart van Nederland op de schaal 1 200.000.
's-Gravenhage.
Ramaer, J. G. (1928): Het Nederlandsche alluvium
in den Romeinschen tijd. Kon. Ned. Aardr. Gen. 45,
pag. 202-235, 593-628 en 963.
Rheineck Leyssius, H. J. L. Th. van (1940): De
Zuid-Hollandsche eilanden in den Romeinschen Tijd.
Rotterdams Jaarboekje 1940, pag. 76 e.v.
Schlingemann, F. L. (1938): Les cours d'eau de la
Zélande. Excursion A. Congr. Intern, de Géogr. Am
sterdam.
Steur, G. G. L., Ovaa, I en de Buck J. (1955): De
bodemgesteldheid van een deel van de Zak van Zuid-
Beveland. Stichting voor Bodemkartering, rapport no.
412.
Steur, G. G. L. en Ovaa, I. (1960): Afzettingen uit
de pre-Romeinse transgressieperiode en hun verband
met de loop van de Schelde in midden-Zeeland. Geo
logie en Mijnbouw, 39, pag. 671-678.
Tavenier, R. (1948): De jongste geschiedenis der
Vlaamse kustvlakte. Hand. Mij. Gesch. en Oudh. 3.
Gent.
Tesch, P. (1944): Nederland in het begin onzer tijd
rekening. Tijdschr. Kon. Ned. Aardr. Gen. 61, pag.
456-458.
Veen, J. van (1936): Onderzoekingen in de Hoofden
in verband met de gesteldheid der Nederlandsche kust.
Diss. Leiden. 's-Gravenhage.
Veen, J. van (1938): Excursion A (Zeeland) Congr.
Intern, de Géogr. Amsterdam.
Vlam, A. W. (1942): Historisch-morfologisch onder
zoek van eenige Zeeuwsche eilanden. Diss. Utrecht.
Overdruk uit Tijdschr. Kon. Ned. Aardr. Gen. 60
(1943), 1.
r^.
139