176
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 6
reglementen worden voorgelezen. Voor elke
nieuwe broeder afzonderlijk is deze ceremonie
nodig, zodat men zich wel kan indenken, dat
het te Scherpenisse op woensdag na Pinksteren
meestal wel een gezellige avond wordt.
De overdeken belegt met zijn officieren on
geveer een week voor die tijd een samenkomst,
waarbij gezamenlijk de maaltijd wordt ge
bruikt en overleg wordt gepleegd betreffende
huishoudelijke aangelegenheden, die in hoofd
zaak bestaan uit het bepalen van de hoeveel
heid bier, die moet worden aangeschaft. Deze
moet namelijk zo groot zijn, dat alle gilde-
broeders vanaf woensdag tot en met zaterdag
vrij van dit vocht mogen drinken. Deze be
paling lijkt misschien wel wat gewaagd, maar
het gevoel voor fatsoen is onder de gilde-
broeders wel zo sterk ontwikkeld, dat een
overmatig gebruik eenvoudig niet voorkomt.
Het bier wordt getapt door de knaap in
Zilveren vogel, die thans nog dienst doet bij
begrafenissen.
oude tinnen kannen met deksel. Op het open
staan van de kan, indien deze nog niet geheel
ledig is, staat een boete. Gedronken wordt uit
ouderwetse glazen zonder voet, alleen voor de
overdeken is een glas met voet beschikbaar.
Drinkt iemand anders daaruit dan kost dit
de gebruikelijke boete. Morst men een plas
bier, die men niet met de hand kan bedekken,
dan staat hierop eveneens een boete en dit
geldt ook, wanneer men iemand met zijn z.g.
scheldnaam aanspreekt op de dorpen in
Zeeland wordt men daarmede nogal eens
gauw bedacht vloekt of ter plaatse zaken
behandelt. Het is verboden een niet-mede-
broeder mee te brengen, maar wanneer deze
er eenmaal is, mag hij vrij bier meedrinken.
Een en ander maakt natuurlijk, dat de meeste
broeders er niet met de jaarlijkse contributie
afkomen. De knaap zorgt niet alleen voor
het tappen van het bier, maar heeft ook tot
taak de kannen en het glaswerk schoon te
houden. Bij hem zijn ook steeds te bekomen
gedroogde scharretjes en hardgekookte eieren.
Dat bij het gilde in die dagen een zeer ge
zellige sfeer heerst, behoef ik wel niet te zeg
gen, een sfeer, die overigens in het voordeel is
van de verhoudingen tussen de gemeentenaren,
temeer daar het broeder zijn in genen dele ver
bonden is aan politieke richting of maat
schappelijke stand.
Het reglement verdient m.i. vooral waar
dering om de wijsheid, waarmede het werd
samengesteld, teneinde broederschap en goede
geest te bevorderen: geen zaken doen, elkander
op de juiste wijze aanspreken, niet vloeken,
eerbied voor de overheid in deze de over
deken netheid en gastvrijheid.
Aangezien het bovenstaande geschreven is
aan de hand van herinneringen uit de tijd,
dat ik zelf gildebroeder was, dus zoals ik boven
reeds schreef, uit goed 1900, weet ik niet of
alles thans nog zo is gebleven, hopelijk echter
wel. Historie, traditie en folklore, vooral wan
neer die verbonden zijn met wijze lessen voor
de samenleving, hebben voor een volk blij
vende waarde.