Zeeuws prentenboek
Koninklijk bezoek 1907
No. 6
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
arriveerde in Middelburg een goederentrein
met vijfenveertig paarden en twintig hof rij
tuigen. Het stalpersoneel, zesendertig man
sterk, ging door de stad als voorbode van een
groots gebeuren.
Op 29 april 1907 meldde de Middelbar g-
scbe Courantdat H.M. de Koningin voor
nemens was met Z.K.H. Prins Hendrik op
nader te bepalen dagen in september een be
zoek aan Zeeland te brengen.
Beiden, vorstin en prins-gemaal, hadden de
Zeeuwse grond reeds eerder betreden. Van 21
tot 25 augustus 1894 vertoefden Koningin
Wilhelmina en haar moeder, de Koningin-
Weduwe, Regentes, op Walcheren. Vijf jaar
later kwamen zij beiden per extra-trein voor
enkele uren naar Vlissingen, om er de Keizer
en Keizerin van Duitsland op hun doortocht
van Engeland naar Berlijn te begroeten.
De 29e augustus 1905 reisden Koningin
Wilhelmina en Prins Hendrik naar Vlissingen,
om een bezoek te brengen aan het eskader,
dat juist uit de Indische wateren in patria
was teruggekeerd.
De stormvloed van 12 en 13 maart 1906,
die tweeëntwintig Zeeuwse polders onder wa
ter zette, was oorzaak van een volgend ver
blijf in deze provincie.
Eerst de 12e september 1907 kreeg Zeeland
de gelegenheid het koninklijk paar officieel en
feestelijk te ontvangen.
Het is nog maar kort geleden, dat Koningin
Juliana, Prins Bernhard en de prinsessen zo'n
officieel bezoek aan Zeeland brachten. Wen
telwieken daalden op het Middelburgse sport
terrein, een auto met de koninklijke standaard
gleed de stad in. Feestelijkheden op de Markt,
een wandeling over de Nieuwe Burg, een
kerkbezoek. En dan voort, door de lucht
naar Den Bosch en later op de dag nog naar
Maastricht.
Daags voor de komst van Koningin Wil
helmina en Prins Hendrik, september 1907,
177
