No. 3
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
andere heren wordt de schade opgenomen.
Er blijken enkele putten in de zeedijk te zijn
die de winter niet over kunnen blijven liggen,
op gevaar af dat de polder inloopt. Kosten
3.380,Toch is uit de resolutie van
25 maart 1654 wel duidelijk dat de Reken
kamer geen grote kosten meer zal willen ma
ken. In 1655 wordt het dijkherstel aanbesteed.
Zie de gedrukte aanbesteding (figuur 3), waar
gesproken wordt van het stadhuis van Bom-
menede. Deze plaats wordt stad genoemd,
blijkbaar omdat het sedert 1573 gefortificeerd
was, want van stadsrechten is niets bekend.
De stormramp van 1682
en de ondergang
DE 26ste januari breekt tengevolge van
een zware storm, die het water tot een
gevaarlijke hoogte opstuwt, de buiten
dijk van Nataars ten zuiden van Bommenede
op drie plaatsen door. De binnendijk met
Bommenede bezwijkt en dorp en polder inun
deren. De polder Bloois inundeert, door zijn
binnendijk met Borrenbroot.
Aan de Rekenkamer in Holland geven de
inwoners kennis van de ramp en verzoeken
om herstel. Ze schrijven: ,,hoe dat Godt Al-
machtigh haer door rechtveerdige straffe heeft
bezocht met het inunderen van derselver lan
derijen ende dijcken, mitsgaders de polder van
Nateris, ende het omwayen van huyzen ende
schuyren, verdrencken van menschen en vee,
waardoor de supplianten teenemaal zijn ge-
raeckt tot een ruine en genootsaackt sullen sijn,
de goede luyden aan te spreken om een stuck
broot, als Haar Hoog.Ed.Mog. de voorsz Pol
der van Bommenede lieten drijven, twelck sij
vertrouwen van neen, dewijle de jurisdictie
van Bommenee voorts is het uyterste territoir
van de Provintie Hollandt ende te meer Haar
Ed.Mog. altijt een groote genegenheyt hebben
gehadt omme de jurisdictie van B. in goede
orde te houden" [25]. In maart komen com
missarissen uit Holland een inspectiebezoek
brengen. Verschillende huizen op de zeedijk
zijn van achter zeer beschadigd. Drie huizen
naast de havensluis zijn door het overspoelen
van het water geheel ingestort. De havensluis
die een jaar tevoren geheel was vernieuwd, is
uitgespoeld en kan op dezelfde plaats niet
meer worden aangebracht. De zeedijk naar
Brouwershaven toe is zodanig afgespoeld, dat
deze op verschillende plaatsen nauwelijks
„eenen duymbreedt kruyns" heeft.
Bommenede wordt niet direct na 1682 op
gegeven. De Staten van Holland en West-
Friesland besluiten 25 juli tot herdijking. Op
19 september en 3 oktober wordt door de Re
kenkamer een subsidie van 10.000,'hier
voor verleend. De gaten worden provisorisch
gedicht. Baljuw/dijkgraaf Thienhove verzoekt
de Rekenkamer in maart 1683 spoed te be
trachten met definitief herstel. Dan weten de
boeren waar ze aan toe zijn. Het land kan
dan verpacht worden en zomervruchten en
koolzaad ingezaaid worden. In april 1683 be
sluiten de Staten van Holland geen geld meer
voor Bommenede uit te geven. Het lijkt met
de ongelukkige plaats gedaan. De hoop leeft
weer op als Holland met Zeeland in onder
handeling treedt om Bommenede over te dra
gen. Immers Zeeland is vanwege de achter
liggende polders zeer geïnteresseerd in Bom
menede. De onderhandelingen slepen zich
voort. In 1684 nemen de ingelanden van de
aangrenzende polder Zonnemaire maatregelen
ter beveiliging van hun gebied. Ze sluiten de
uitwateringssluis naar Nataars af en beginnen
hun dijken met aarde uit de ondergelopen
polder te verhogen. Baljuw Thienhove pro
beert schout Jacob Barents Hocke van Zonne-
Fig. 5. Zeedijk van Nieuw-Bommenede, zomer 1953.
75